BouwBelang 2 - 2017

31 NUMMER 2 - 2017 | BOUWBELANG > OPDRACHTGEVER “Negentig procent van het werk dat wij uitbesteden, wordt gedaan door regionale ondernemers.” Links wethouder Hans van Agteren gemeente Enschede, rechts Jan Paul Boutkan, hoofd van het ingenieursbureau in dezelfde stad H et juryrapport spreekt van een grote mate van professi- onaliteit, vastgelegd in zorg- vuldig uitgewerkt en deug- delijk aanbestedingsbeleid; een goed verankerde toepassing van pro- portionaliteit, non–discriminatie en trans- parantie zonder recht- en doelmatigheid uit het oog te verliezen. Daarnaast is de jury gecharmeerd van de wijze van contact ma- ken met de markt, die ‘absoluut navolging verdient’. Tijdens de uitreiking sprong de boomlange wethouder van blijdschap bij- kans tegen het plafond. “Dat was niet inge- studeerd”, vertelt hij nu met een gulle lach. “Ik was aangenaam verrast. Dat juist onder- nemers zelf tot dit oordeel zijn gekomen, geeft de prijs een toegevoegde waarde.” KOPJE KOFFIE Een mooi rapport dus voor Enschede, met cijfers die nieuwsgierig maken. Want wat is het verhaal achter dit succes? Hans van Agteren, als wethouder onder meer verant- woordelijk voor milieu, verkeer, openbare ruimte, duurzaamheid en innovatiegericht- heid, en Jan Paul Boutkan, hoofd van het ingenieursbureau, kijken elkaar aan: wie zal het zeggen? Het wordt de wethouder. “We zeggen wel eens: onder het genot van een kopje koffie krijg je gezamenlijk veel voor elkaar. En zo simpel is het eigenlijk wel.” Waarbij ‘een kopje koffie’ staat voor: met elkaar om de tafel gaan. Om elkaar te leren kennen, maar ook om voor– en na- beschouwingen gestalte te geven. Zo orga- niseert de gemeente eens per jaar een zoge- heten marktconsultatie voor alle (GWW) aannemers met wie ze de afgelopen drie jaar heeft gewerkt. Tijdens die middag wor- den de gemiddeld vijfentwintig onderne- mers bijgepraat over de stand van zaken, de gemeentelijke opdrachtportefeuille, en wat ze het komende jaar kunnen verwachten. “Maar wat we als gemeente vooral doen, is luisteren naar wensen, ideeën en sugges- ties over nieuwe manieren van (samen) werken, technieken en innovaties. De tijd van ‘wij bepalen wat goed voor u is’ is lang en breed voorbij – alleen weten velen dat nog niet.” Door deze open houding ontstaat er wederzijds vertrouwen, waardoor de samenwerking en daarmee ook het werk beter wordt.