BouwBelang 4 - 2017

NUMMER 4 - 2017 | GAZET 39 COLUMN Werken bij de … De afgelopen maanden heb ik meermaals geklaagd over de huidige staat van de Belastingdienst. Maar nu vind ik het toch nodig de kant van de medewerkers van deze dienst te belichten. Het valt ook niet mee, werken bij de Belasting- dienst. Althans, dit was mijn conclusie na een gesprek tij- dens een feestje van een van mijn kennissen. Hij zat er wat stilletjes en afwezig bij die avond. Hij leek zelfs te schrikken toen ik mij voorstelde. Mijn eerste vragen werden zo kort mogelijk beantwoord, maar gaandeweg ontdooide hij. Hij, laat ik hem Henk noemen, bleek een medewerker bij de Belastingdienst te zijn. Ik gaf aan weleens gehoord te heb- ben dat het daar niet zo lekker loopt. Hij bood geen enkele weerstand. Sterker nog, Henk ging er eens lekker voor zitten en maakte van zijn hart geen moordkuil. Hij vertelde over de voortdurende reorganisaties. De één was nog niet afge- rond (hij noemde ‘mislukt’) of de andere werd alweer over de ambtenaren uitgestrooid. Om, volgens hem, ‘natuurlijk ook te mislukken’. Tevens klaagde hij over die ‘belachelijke flexplekken’ (ik citeer hem). “Vroeger had je nog je eigen werkplek en directe collega’s. Man, dat was een mooie tijd. Maandag bij- praten over het weekend. Je kende elkaar, je deelde lief en leed. Maar ze zijn er niet meer. Ze zijn met die belachelijke ontslagregeling eerder gestopt of ze zijn naar een ander kantoor gereorganiseerd. En nu moet ik elke ochtend in een moderne kantoorruimte met heel veel, vooral jonge en frisse collega’s zoeken naar een leuke werkplek. Neem bijvoor- beeld het bij ons op kantoor staande ‘treintje van spreek- stoelen’ met van die enorme flaporen. Volgens de ‘designer’ waren deze ‘chairs’ in vrolijke felle kleuren zeer geschikt voor een ‘even weg van de praktijk één-op-één moment’. Ja duh, niemand maakt er gebruik van. We zijn namelijk gewoon aan het werk.” Gaande het gesprek kreeg ik medelijden met hem en had ik zelfs (een beetje) spijt van mijn geklaag over de Belasting- dienst. Uiteindelijk zijn het immers gewoon mensen zoals Henk, die er ook niets aan kunnen doen. Aan het eind van de avond vroeg hij: “En wat voor werk doe jij, Frank? Nee, laat mij raden, doe jij iets in de psychologie of zo? Want je toont veel begrip en ik heb echt even mijn hart kunnen luchten.” Mijn antwoord heeft hij niet meer gehoord, omdat precies op dat moment de gastheer luidkeels werd toege- zongen. In de commotie daarna ben ik hem uit het oog ver- loren. Dus Henk, ik ben belastingadviseur en notoir klager over de Belastingdienst. Ik begreep je zo goed omdat veel van jouw collega’s eerder al min of meer hetzelfde tegen mij hebben gezegd. En ja, vanaf nu ga ik mijn kritiek op jullie fors matigen. Het is voor jullie al erg genoeg, zonder mij. Mr. Frank Kerkhof RB Alfa Accountants en Adviseurs te Bennekom fkerkhof@alfa.nl No-riskpremie naar 56 voor oudere werknemer ■ Werkgevers die mensen in dienst nemen die na 1 janu- ari 2018 56 jaar of ouder zijn, worden gecompenseerd als deze werknemers uitvallen vanwege ziekte. Het gaat om mensen die meer dan een jaar werkloos zijn en een ww-uit- kering hebben ontvangen. Dat staat in de verzamelwet waar- mee de ministerraad heeft ingestemd op voorstel van minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Vijftigplussers melden zich niet vaker ziek dan jongere collega’s, maar als ze ziek zijn, zijn ze gemiddeld langer afwe- zig. Sommige werkgevers zijn bezorgd over extra kosten na het aannemen van werkloze vijftigplussers. De compensa- tieregeling neemt deze zorg weg, omdat het UWV de door- betaling van het loon van de zieke werknemer overneemt. Ook leidt ziekte van deze werk- nemers niet tot een hogere pre- mie voor de ziektewet. Het verlagen van de no-riskpo- lis is één van de maatregelen van het actieplan ‘Perspectief voor vijftigplussers’. Dit heeft als doel de arbeidsmarktpositie van vijftigplussers te verbe- teren. De ministerraad heeft ermee ingestemd het wetsvoor- stel voor advies aan de Raad van State te zenden. Het voor- stel moet nog wel officieel tot wetgeving worden gemaakt. < Bouw-cao verbindend verklaard ■ Het ministerie van Sociale Zaken heeft de Bouw-cao verbin- dend verklaard. Dit betekent dat deze van toepassing is op alle werkgevers en werknemers die onder de werkingssfeer van de cao Bouw & Infra vallen. Er zijn geen bedenkingen ingediend tegen de cao. De algemeenverbindendverklaring is ingegaan op 29 juni. De cao loopt tot 1 april 2018. In de cao is onder meer een loonsver- hoging van 1,75 procent opgenomen. Dit jaar gebruiken cao-part- ners om verder te werken aan een zogenoemde toekomstbestendige cao, die minder ingewikkeld is dan de huidige. Vakbonden willen de cao bovendien zo aanpassen dat het voor bouwbedrijven weer makkelijker wordt om vast personeel aan te nemen. <

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=