BouwBelang 6 - 2017

NUMMER 6 - 2017 | GAZET 39 COLUMN Regelzucht Dit is niet de eerste keer dat ik over de Nederlandse regelzucht schrijf. En het is ook niet de laatste keer. Ik kan er domweg niet omheen, overal kom ik ze tegen: de regeltjes. Neem bijvoorbeeld de gezondheidszorg. In die sector staat het helpen van patiënten uiteraard voorop. Maar boven de relatie tussen de zorgverlener en de patiënt zweeft een belangrijke en vooral machtige derde partij: de zorgverzekeraar. En het is juist die partij die de voornaamste bron van de regeltjes lijkt te zijn. Zo maak ik sinds kort (mijn echtgenote is logopedist) van dichtbij mee hoe de praktijk gebukt gaat onder stapels door de zorgverzekeraars opgestelde en verplicht in te vullen formulieren. Als je ze niet invult, volgen zware sancties. De belachelijkste vragen moeten worden beantwoord. Als het niet zo treurig was, kon je er nog om lachen. Zo is er de immer belangrijke ‘zorgvraag’: waarom komt de patiënt bij u (of een vraag van gelijke strekking)? Waarom denkt u dat iemand bij een logopedist komt? Vast niet omdat hij of zij last heeft van een verstuikte enkel, toch? En is het niet voldoende dat de zorgverlener en de patiënt weten wat de klacht is? Waarom moet een verzekeraar ook inhoudelijk volledig op de hoogte worden gebracht? Is het betalen van de rekening niet de belangrijkste (of zelfs de enige) taak van de verzekeraar? En wat gebeurt er met al die ingevulde formulieren? Worden ze door de verzekeraars daadwerkelijk beoordeeld? En als dat gebeurt, hoeveel mensen zijn daar dan voor nodig? En wat kost dat dan? En wat voegen al die ingevulde formulieren toe aan waar het uiteindelijk om gaat: de zorg? Voor de rechtvaardiging wordt door de verzekeraars (en degenen die dit systeem steunen) gewezen op het belang van de kwaliteit van de zorg. Die moet toch worden bewaakt? Natuurlijk, daar kun je het alleen maar mee eens zijn. Maar is het middel niet véél erger dan de kwaal? Alleen al de vaststelling dat de daadwerkelijke behandeltijd vanwege het moeten invullen van de formulieren betekenisvol is afgenomen, moet toch vragen oproepen? De zorgsector is overigens niet de enige sector die (min of meer) gebukt gaat onder de regelzucht. De wens van de overheid (of andere overkoepelende organisaties) om te controleren is overal aanwezig. Ook in uw branche. Wel merk ik dat de weerstand toeneemt. Steeds vaker hoor je dat mensen het zat zijn en burgerlijke ongehoorzaamheid (“ik gooi die formulieren zelf wel in de prullenbak”) overwegen. Maar ja, als eenling ben je kwetsbaar en maatschappelijk protest is moeilijk te organiseren. Voorlopig verandert er daarom, zo verwacht ik, weinig en ploeteren wij voort. (PS: nu alleen nog even mijn ‘urenlijst’ invullen. Er moet immers wel gecontroleerd kunnen worden wat ik de afgelopen 1,5 uur heb gedaan.) Mr. Frank Kerkhof RB Alfa Accountants en Adviseurs te Bennekom FKerkhof@alfa.nl ■ Schilders van buiten Nederland, die in ons land worden gedetacheerd, gaan hetzelfde loon ontvangen als hun Nederlands collega’s. Dat hebben de gezamenlijke EU-ministers besloten. Deze nieuwe Detacheringsrichtlijn, die in 2021 moet ingaan, vervangt de al langer bestaande Europese Detacheringsrichtlijn. Critici zeggen dan ook dat ook had kunnen worden volstaan met het daadwerkelijk en strenger handhaven van de bestaande richtlijn. Verder voorziet bijvoorbeeld de cao Bouw&Infra al in een gelijke betaling van buitenlandse arbeidskrachten. Wat wel nieuw is: de detacheringsperiode gaat naar twaalf maanden, met de mogelijkheid om deze eenmalig te verlengen met zes maanden. Overigens kan de buitenlandse werknemer nog steeds goedkoper zijn, omdat tot 24 maanden belastingafdrachten kunnen worden gedaan in het land van herkomst. < Aanpassing Detacheringsrichtlijn ■ Omdat steeds minder jonge- ren kiezen voor een opleiding in de bouw en infra, is Bou- wend Nederland in samen- werking met opleidingsbedrij- ven een instroomcampagne gestart. Daarmee hoopt de organisatie te helpen om te voldoen aan de vervangings- vraag van naar schatting 8.000 nieuwe arbeidskrachten in de komende vijf jaar. De campagne wordt onder meer gevoerd op You Tube, Insta- gram en Facebook. Daarnaast is er een campag- newebsite: www.jegaathetma- ken.nl . Ook wordt een aantal campagnefilmpjes gemaakt en gaat een vlogger op pad naar instroomprojecten. < Campagne ‘Je gaat het maken’

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=