BouwBelang 2 - 2018

20 BOUWBELANG | NUMMER 2 - 2018 CIRCULARITEIT De circulaire lat lag eveneens erg hoog bij dit project. Onno: “Dat heeft niet alleen te maken met materiaalkeuze. Ook andere zaken spelen een rol. Hoe is de gevel opge- bouwd en op welke wijze zijn de verschil- lende onderdelen aan elkaar verbonden? In dat perspectief: zijn die onderdelen afzon- derlijk eenvoudig te vervangen? Je hebt immers te maken met verschillen in ver- vangingsmomenten. Het ene deel gaat der- tig jaar mee en het andere maar vijftien. Door de samenstellende delen in een slim- me volgorde te monteren, kun je op termijn successievelijk de te vervangen delen zo demonteren, dat ze weer goed hergebruikt kunnen worden. Verder: hoe zit het met de scheiding van materialen als er gesloopt moet worden? We hebben daar nu al over willen nadenken. Ook de studenten hebben een goede bijdrage geleverd. En weer wat geleerd. We hebben het eps-isolatiemate- riaal op de bakstenen gelijmd. Daardoor zijn eps en baksteen bij sloop niet goed te schei- den. Ergo: een lagere score qua circulariteit. Door toepassing van prefab elementen zou de score overigens niet beter zijn geweest. Maar je kunt ook denken aan bevestiging van het isolatiemateriaal door middel van een klik-systeem of klittenband. Zo ben je dus voortdurend bezig het proces te verbe- teren.” OUDE KOZIJN WORDT STELKOZIJN Een ander leermoment betreft de montage van de nieuwe trippleglass-kozijnen. Deze zijn bevestigd in de oude kozijnen. Belang- rijk voordeel: de overlast voor de bewoners is beperkt en de kosten voor de corporatie vallen lager uit dan bij verwijdering van de oude kozijnen. Onno: “Een volgende keer willen wij de montage echter optimaliseren. monitort. We zijn daarin bijgestaan door de TU Delft. Tevens studeren twee studenten af op dit project. Eentje van de TU Delft en een student van de Technische Universität München. Dus intensief monitoren van alles, wat met de uitvoering te maken heeft; van het bouw- proces, de techniek tot de bewoners die tij- dens de renovatie in hun woningen blijven wonen. En ook voorafgaande aan de start van de renovatie is er gemeten. Bovendien zullen we nog zeker een jaar na afronding volgen of het berekende energieverbruik overeenkomt met de feitelijke. Al dat gemeet en gemonitor levert een schatkist aan ver- beterpunten op. Wij noemen het de schat- kist, omdat verbeterpunten het toekomstige verdienmodel versterken. De speurtocht naar de juiste energieleveranciers is er zo eentje. Eneco was de enige die geen voor- schot verlangde van de bewoners. Dat is be- langrijk, want ze zijn geen van allen echt bemiddeld. De andere stroomleveranciers eisten wel een voorschot. Ik vind dat onbe- grijpelijk. De bewoners betalen immers al een energieprestatievergoeding aan de wo- ningcorporatie. Deze is overigens lager dan de energiekosten van voor de renovatie. De installatie is bovendien met een ruime mar- ge op energieneutraal berekend. Er zal eer- der sprake zijn van terugleveren dan van een energievraag. We hebben tevoren geen rekening gehouden met de weigerachtige houding van energieleveranciers. Want stel, dat ook Eneco niet bereid was geweest het voorschot te laten vallen, dan hadden we de bewoners nooit kunnen overtuigen van de ontkoppeling van de gasaansluiting. En dan zou het hele project op losse schroeven komen te staan. Leermoment: voor de start van het project heldere afspraken maken met de energieleverancier.” In de praktijk is namelijk gebleken, dat een juiste luchtdichtheid veel aandacht vraagt van de monteurs. Het risico dat we bij de eindcontrole niet aan de noodzakelijke luchtdichtheidseis voldoen, willen we in de toekomst vermijden.” OVERLAST VERMINDEREN Onno: “2nd skin® is mede ontwikkeld om de overlast voor de bewoners te minimalise- ren. Ook dat hebben we nauwkeurig gevolgd. Hoe ervaren de bewoners de ingreep en zijn we in staat om hen op hun gemak te laten voelen? We zijn ons heel erg bewust van het feit dat we overlast veroor- zaken en daarin willen we de bewoners zo goed mogelijk begeleiden. We kennen alle bewoners van de portiekflat persoonlijk en bij naam. Onze bewonersconsulente heeft, samen met de TU Delft, behalve in groeps- verband ook vele één-op-één-gesprekken gevoerd. Bovendien staat de koffie in de keet altijd klaar en kunnen bewoners elk moment onze uitvoerder aanspreken. Dit is erg belangrijk, want de overgang naar een NOM-woning zorgt dat bewoners te maken krijgen met veel veranderingen. Bovendien moeten de bewoners leren omgaan met het nieuwe systeem. Samen met de TU Delft hebben wij veel tijd gestopt om de bewoners stap voor stap mee te nemen in de transitie van een oude tochtige en vochtige woning naar een zwaar geïsoleerde luchtdichte woning met een hypermoderne installatie. Persoonlijke aandacht versterkt de vertrou- wensband met de bewoners. In één van de gezinnen is bijvoorbeeld een dochtertje geboren en dan staan wij de volgende och- tend op de stoep met een babypakket.” ■ “Overigens een belangrijk voordeel van meedraaien in zo’n Europees programma: het maakt de weg vrij om op Europese schaal te acteren”

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=