BouwBelang 5 - 2018

20 BOUWBELANG | NUMMER 5 - 2018 De milieu-impact van een gebouw staat centraal.” Reden voor Merosch om bij circu- lariteit breed te kijken naar de milieu-im- pact van toegepaste materialen, aan de hand van elf indicatoren – van de delving van grondstoffen tot en met het afvalscena- rio. GOEDE VOORBEELDEN: LASTIG Volgens Schokker zijn goede voorbeelden van circulair bouwen in Nederland lastig aan te wijzen: “De bekende voorbeelden zo- als Circl, het Allianderkantoor of het Hof van Cartesius kenmerken zich altijd door een rijke opdrachtgever die een mooi state- ment wil maken òf een hippe bottom-up aanpak met enkele bevlogen duurzame pio- niers. Het zijn leuke circulaire snoepjes, meer niet. Willen we opschalen, dan moet circulair bouwen gaan landen bij de massa: de ontwikkelaars, de aannemers, de leve- ranciers. Dus weg van rijke en hippe een- dagsvliegen en op naar de grote jongens. En laat duidelijk zijn: die twee categorieën spreken niet dezelfde taal.” WERKEN AAN EEN CIRCULAIRE NORM Merosch is momenteel zelf betrokken bij de ontwikkeling van de Merwedekanaalzone in Utrecht, waar de komende vijftien jaar 6.000 nieuwe woningen moeten verrijzen. De gemeente Utrecht sprak de ambitie uit om het gebied circulair aan te pakken. Schokker: “Dan loop je wel tegen het feit aan dat er geen duidelijke norm is voor of defini- tie van circulaire gebiedsontwikkeling of circulaire gebouwen. In het Merwedeka- naalzone-project gaan we daarom met zes grote ontwikkelaars en de gemeente Utrecht samen die norm van circulair bouwen ont- wikkelen en definiëren.” R9-STRATEGIE In het Hof van Cartesius maakt Charlotte Ernst gebruik van de R-9 strategie van de Universiteit Utrecht, een circulariteitsladder met aan de top van die ladder de meest wenselijke maatregelen: refuse (vermijd nieuwe materialen), reduce (verminder schadelijke stoffen), rethink (gebruik op- nieuw inzetbare constructies) en re-use (hergebruik bouwmaterialen). Elementen uit die R-9 ladder zijn ook terug te vinden in The Green House. Het paviljoen van architectenbureau cepezed werd ont- worpen en gebouwd volgens de circulaire ontwerpprincipes reduce, re-use en recycle. Het pand is voor tachtig procent circulair, aldus de betrokkenen; samen met Strukton, Ballast Nedam en Albron bouwde cepezed een remontabel gebouw met een supermo- dulair staalskelet van gegalvaniseerde pro- fielen met droge verbindingen. Circulaire doelstellingen voor de bouw Als het aan de rijksoverheid ligt, heeft Nederland in 2050 een circulaire economie. Ook in de bouw. Het rijksprogramma Nederland Circulair in 2050 hanteert voor de sector de volgende doelstellingen: - Woning- en utiliteitsbouw en GWW gebruiken vooral hernieuwbare grondstoffen; - Materiaalgebruik is over de hele levensduur van het bouwwerk geoptimaliseerd (waardebehoud, minder kosten, meer hergebruik en minder milieu-impact); - De bouw reduceert zoveel mogelijk CO2-emissies, in de productie-, bouw- en gebruiksfase; - De bouw speelt als innovatieve sector proactief in op veranderingen in de samenleving en de vraag van markt en consument. Charlotte Ernst: “De materialen dicteren hier het ontwerp, niet andersom”

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=