BouwBelang 2 - 2021

graag warm voor hightech-ondernemingen, start- ups, skill-ups. Soms lijkt het wel of je pas aandacht krijgt als je Engelse terminologie laat vallen. Terwijl familiebedrijven niet minder van deze tijd zijn. Ze hebben bewezen dat ze kunnen overleven en dat kan alleen maar als je de tekenen van de tijd herkent en op tijd de bakens verzet. Daarin ook flexibel bent, jezelf blijft ontwikkelen en uitvinden, anders red je het op termijn niet. Je ziet gelukkig dat die bedrijven zich er inmiddels op laten voorstaan. Met trots melden ze dat ze al sinds 1890 of 1923 bestaan. Ook het 50-jarig ju- bileum wordt als mijlpaal ervaren. Dan heb ik het nog niet eens over de waarde voor de directe omgeving: werkgelegenheid, sponsor van het lokale verenigings- leven, continuïteit boven snelle winst, enzovoort. Er zit een wederkerigheid in die me erg aanspreekt en ik ben blij dat familiebedrijven expliciet vermeldt staan in ons verkiezingsprogramma. Heel veel van wat ik hier aan eigenschappen opsom , geldt overigens ook voor het mkb-segment in zijn algemeenheid. Ook an- dere partijen lijken in navolging van het CDA het fa- miliebedrijf te hebben ontdekt. En dat is alleen maar goed. Het wordt echt hoog tijd dat die brede bewust- wording zich vertaalt in specifiek overheidsbeleid.” INITIATIEFNOTA FAMILIEBEDRIJVEN Maar wat kan Den Haag voor familiebedrijven beteke- nen? Hilde: “Nou, je kunt de succesratio verhogen door spe- cifieke maatregelen. Die ratio is niet zo hoog bij over- dracht aan een volgende generatie. Je kunt bedrijven erop attenderen dat ze tijdig er tijdig over gaan na- denken en maatregelen nemen. In Overijssel heb je het landelijk expertisecentrum familiebedrijven (LEF). De provincie faciliteert en organiseert de uit- wisseling van ervaringen en ondersteuning bij moei- lijke of moeizame opvolgingsprocessen Ondernemin- gen in het grootbedrijf hebben dat meestal wel goed geregeld. Maar mkb’ers zijn druk met orders verwer- ken, acquisitie plegen en ervoor zorgen dat de men- sen op de steiger door kunnen. Zeker bij de kleinere bedrijven werkt de directeur eigenaar gewoon mee. Dan heb je domweg niet zoveel tijd om even een stap- je terug te doen en na te denken over dat soort zaken.” Palland is begonnen aan een initiatiefnota. Daarin wordt ook aandacht gevraagd voor de BOR (bedrijfs- opvolgingsregeling), een fiscale regeling voor gedeel- telijk belastingvrijstelling bij vererving van onderne- mingsvermogen. Deze dreigt er in de hervorming van het belastingstelsel bekaaid vanaf te komen. “Dat is een verkeerde ontwikkeling. We moeten juist alles doen om de vitaliteit van het familiebedrijf te bevor- deren. Dus ervoor zorgen dat het bedrijfsvermogen na overname zo groot mogelijk blijft.” SPECIALISME AANBESTEDINGEN De kennis over aanbesteden heeft Palland vergaard bij een adviesbureau waar ze na haar studie rechten aan de slag kon. Het bureau staat overheidsopdracht- gevers terzijde bij uitvragen en aanbestedingen. Denk aan ministeries, provincies, schoolbesturen en water- schappen. De baan paste wel bij haar opleiding, want ze had tijdens haar studie ook vakken gevolgd bij be- drijfskunde en economie. “Het snijvlak overheid/ markt vind ik boeiend. Verder heb ik lessen verzorgd voor BOB kennisoverdracht. Ook wel bij aannemers- bedrijven. Maar bedrijven begeleiden bij aanbeste- dingen deed het adviesbureau niet. Is ook niet te com- bineren als je je richt op de begeleiding van opdrachtgevers.” Ze constateert dat de positie van de aannemers in het aanbestedingsproces verbeterd is en refereert daarbij aan het programma Beter Aanbesteden waaraan onder 10 BOUWBELANG | NUMMER 2 - 2021

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=