BouwBelang 4 - 2021

OPDRACHTGEVER Industrialisatie van het woningbouwproces Een collega van Trebbe gaat woningen produceren in een fabriekshal. Denkt ook Trebbe erover om op deze wijze het productieproces te industrialiseren? En heeft dat gevolgen voor de specialiseerde aanne- mers in de keten? Directeur Marinus den Harder: “Wie een woning maakt in een fabriek oefent een ander vak uit dan de bouwkundig aannemer die een woning samenstelt op de bouwplaats. Het is zelfs een totaal andere dis- cipline, vind ik. Maar voor het gebouwde eindresul- taat maakt het niet zoveel uit. Wij verwerken indus- triële producten die we inkopen bij partijen die ze goed kunnen vervaardigen. Als bouwer organiseren we het assemblageproces; we maken er samen met andere bedrijven in de productieketen een huis van. Zij maken zelf complete elementen in een fabriek en assembleren deze op de bouwplaats. Wat wij doen, noemen we flexibel industrialise- ren. Wij bundelen de industriële bouwkracht die in Nederland al in ruime mate voorhanden is. Uiteindelijk ziet de woning er net zo uit als een woning uit de fabriek. Dat concept zie ik niet als een bedreiging voor onze manier van werken. De vraag is vele malen groter dan het capaciteitsaanbod. Dat wil niet zeggen dat we al helemaal klaar zijn met onze productiemethodiek flexibel industrialise- ren. Het is vooral een ontwikkelingsproces waarbij we sommige onderdelen al goed hebben ingevuld en naar andere nog op zoek zijn. Gaat de gespecia- liseerde aannemer daar iets van merken? De gevel is een illustratief voorbeeld. We hebben een prefab gevel met onze partner Spaansen ontwikkeld. Dat heeft gevolgen voor de metselaar. Vooralsnog echter zijn er nog heel veel woningen waarvan de buiten- schil op een traditionele manier gemetseld worden. Maar industrialisatie, of je dat nu in de fabriek doet of met partners, is een duidelijke trend. Het aandeel dat het traditionele vakmanschap levert, krimpt. Daar moet je wel op anticiperen. Alle partijen den- ken goed mee in die trend. Doe je dat niet, dan mis je vroeg of laat de boot. Het is altijd goed je te reali- seren dat er veel meer kan, dan je denkt. Ik heb eens een passende uitspraak gehoord: ‘Iedereen dacht dat het niet kon, tot er iemand kwam die dat niet wist.’ Zo werkt innovatie.” Hoe is uw relatie met uw opdrachtgever? Bijzondere afspraken gemaakt? Bel de redactie! Dan kunnen wij erover berichten. Ook als u een bijdrage hebt geleverd aan de industria- lisatie van het bouwproces komen we graag een kijkje nemen. 19 NUMMER 4 - 2021 | BOUWBELANG I n RAW bestekken worden op grote schaal wijzigingen, aanvul- lingen of uitbreidingen opgenomen ten aanzien van bepalingen of technische eisen uit de Standaard RAW bepalingen. Daar is niets mis mee, sterker nog: artikel 01.01.01 lid 04 van de Standaard RAW bepalingen geeft aan dat dergelijke aanpassingen in het bestek boven de bepalingen uit de Standaard RAW bepalingen gaan. Maar wat nu als niet wordt afgeweken van bepalingen of technische eisen, maar van de elementaire uitgangspunten van RAW systematiek? Denk daarbij aan uitgangspunten zoals het opnemen van kostenho- mogene beschrijvingen, resultaatsgerichte beschrijvingen en vrij- heid voor de aannemer ten aanzien van de wijze van uitvoeren. In advies 593 van de Commissie van Aanbestedingsexperts van 8 juli 2021 is geoordeeld dat niet ongemotiveerd mag worden afgeweken van de RAW systematiek. De klacht bestond uit het feit dat de aanbestedende dienst heel nauw- keurig had uitgeschreven met welk werkmaterieel de aannemer de werk- zaamheden moest verrichten. Zo werd heel specifiek gesproken over een rupskraan van ca. 20 ton uitgerust met stobbenfreeskop, knipschaar tot 60 cm, sorteergrijper met opening van 200 cm en zware hark of een mobiele kraan van ca. 20 ton uitgerust met stobbenfreeskop (incl. pomp- schakeling voor extra hoge capaciteit), knipschaar tot 60 cm, en sorteer- grijper (opening 200 cm) en zware hark. DeCommissievan Aanbestedingsexperts oordeelde dat dergelijke speci- fieke afwijkingen haaks staan op het belangrijke uitgangspunt van de resultaatgerichte beschrijvingen van de RAW-systematiek en de uitvoe- ringsvrijheid van de aannemer. Ook uit paragraaf 6 lid 3 van de toepasse- lijke UAV 2012 volgt dat het de aannemer is die het gereedschap en mate- rieel ten behoeve van het werk ter beschikking stelt. De Commissie van Aanbestedingsexperts oordeelde verder dat afwijken van uitgangspunten van de RAW-systematiek en de UAV 2012 op grond van de Gids Proportionaliteit enkel in projectspecifieke situaties en bij deugdelijke motivering is toegestaan. De Commissie oordeelde verder dat de aanbestedende dienst onvoldoende inzicht heeft gegeven in de afwe- gingen die hebben geleid tot het afwijken van de uitgangspunten van de RAW-systematiek en de UAV 2012. Daarmee werd de klacht van de aan- nemer gegrond verklaard. Naar aanleiding van dit advies heeft CROW, de opsteller en beheerder van de RAW systematiek, in een nieuwsbrief inmiddels het oordeel van de Commissie van Aanbestedingsexperts onderschreven. En verder heeft CROW heel duidelijk gesteld dat gebruikers van de RAW besteksystema- tiek ook op basis van de gebruiksvoorwaarden gehouden zijn de RAW- systematiek volledig en ongewijzigd toe te passen. MR. J (JOOST) HAEST is advocaat/partner bij Severijn Hulshof Advocaten in Den Haag. Zijn vakgebieden: Bouwrecht, Aanbestedingsrecht en Vastgoed. COLUMN RAW- systematiek ongewijzigd toepassen

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=