BouwBelang 1 - 2022

maar houd wel nauwlettend in de gaten of er voortgang geboekt wordt. De overheden doen er overigens goed aan om samen met ondernemers op te trekken en gebruik te maken van de aldaar aanwezige kennis, ervaring en ambitie.” WONINGBOUWOPGAVE SPREIDEN OVER HEEL NL In zijn eerste briefadvies heeft Peter Glas de ontwikkelingsprojecten aangekaart die op planniveau al in de steigers staan. “Ik zeg in de brief: leg eerst je oor te luister bij mensen van het gemeentelijk rioolbeheer en ook bij de deskundigen van de waterschappen. Ga vervolgens nog eens met de projectontwikkelende initiatiefnemer, uitvoerende partij en de publieke opdrachtgever/ vergunningverlener om tafel zitten en kijk er nog een keer naar door een klimaatadaptieve bril. Kun je kwetsbaarheden voorkomen door op een slimme manier in te grijpen? Neem bijvoorbeeld een project in de polder. Kun je hier nog wat schuiven met straten als dat nodig is om het water goed te bergen en af te voeren. En als een plantsoen is gepland, ligt dat dan wel op het laagste punt in de polder zodat het water goed opgevangen kan worden. Mocht dat niet zo zijn, pas dat dan alsnog aan. Zo’n praktische insteek in de voorliggende plannen, dat zou mijn aanbeveling zijn. En als je nog een start moet maken met de ontwikkeling van projecten tot 2030 en daarna, kijk dan ook eens naar de rest van Nederland. Dus niet alleen in de Randstad bouwen, maar de woningbouwopgave spreiden over heel het land.” DRUK VANUIT FINANCIËLE WERELD EN CONSUMENT Er zijn inmiddels vele goede voorbeelden te noemen van effectieve publiek/private samenwerkingsverbanden. Maar dat is volgens Peter Glas niet de enige dynamiek waardoor een versnelling van de ambitie wordt bereikt. Welke mechanismen spelen nog meer een rol? “Klimaatadaptatie, -mitigatie, energietransitie en alles wat daarmee samenhangt zijn ook belangrijk issues in de financiële wereld. Dan heb ik het niet alleen over de banken, maar ook over de verzekeraars. Zonder een goed plan tegen de kwetsbaarheid voor weersextremen, wordt het lastig een financiering of een verzekering rond te krijgen. En ook de eindklant of consument let er steeds scherper op.” MET NORMEN INSPELEN OP REGIONALE VERSCHILLEN Wat is meer effectief om zo snel mogelijk de klimaatadaptieve leefomgeving te realiseren, verleiden en belonen of verplichten via het Bouwbesluit dan wel het stelsel van vergunningverlening. voor langjarige investeringen en in de erkenning van de functie van deltacommissaris.” BEHOEFTE AAN DUIDELIJKHEID Hoe zijn uw contacten met ‘het veld’, de ondernemers, ontwikkelaars en gemeenten? “Ik constateer een groeiend begrip in de samenleving voor het feit dat klimaatadaptief bouwen noodzakelijk is. Bovendien realiseren ondernemers zich dat het hun kansen biedt. Natuurlijk, er zijn voorlopers, volgers en ‘kat-uit-de-boom-kijkers’. In oktober heb ik overleg gehad met een brede coalitie van brancheverenigingen in bouw, infra en groensector. En dan merk je dat het onderwerp leeft en gemeengoed aan het worden is. Ik bespeur wel dat er behoefte is aan duidelijkheid met resultaatgerichte afspraken op doelniveau die een landelijke werking hebben en voorzien in een level playing field voor alle bedrijven, ongeacht hun omvang. Het mag van hen allemaal wel wat concreter. Wat betekent nou precies waterrobuust bouwen? Ook bij de opdrachtgevende overheden is behoefte aan duidelijkheid. Zij zeggen: geef mij nou maar een aantal normen in het bouwbesluit. Dat scheelt allerlei overlegsituaties, want dan is het duidelijk wat er gebeuren moet.” De verhalen en ervaringen die de deltacommissaris in het veld hoort, neemt hij graag mee in zijn adviezen aan het kabinet en andere overheden. GEZAMENLIJK OPTREKKEN Kunt u de input vanuit het veld inzetten bij uw werk als deltacommissaris? “Mede op basis van wat ik hoor heb ik op Prinsjesdag de overheden opgeroepen om samen met de sector te kijken hoe je de leefomgeving klimaatadaptief kunt invullen. Verder heb ik twee keer een briefadvies aan de ministeries van Binnenlandse Zaken en Infrastructuur en Waterstaat uitgebracht over de woningbouw in het bijzonder. De eerste brief ging over ‘hoe bouw je’ en de tweede over ‘waar bouw je’. Ook in de briefadviezen neem ik natuurlijk de inspirerende voorbeelden mee die me vanuit de praktijk worden aangereikt. Vervolgens is het aan het onlangs aangetreden kabinet er iets mee te doen in de plannen voor de inrichting van onze leefomgeving. Mijn rol is een adviserende en gericht op de langere termijn. Ik bemoei me niet met concrete projecten, ‘De tijd dat we overal zomaar kunnen bouwen zonder ons ergens om te bekommeren is voorgoed voorbij.’ 12 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2022

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=