NR 1 -MAART 2023 nu ín BouwBelang Mkb’ers presenteren robot voor straatwerk Taco van Hoek: “Bouwen in het groen is kansrijke aanvulling” Uitgelicht Emissieloos bouwen en bouwtransport IJpelaar Lijmwerken: “Je bouwt een woning samen” Lichtgewicht exoskelet wint BouwBelang MKB Trofee 2023 PLATFORM VOOR BOUW & INFRA
Remix Green Collection Mortels Dé milieubewuste keuze • Onderdeel van Remix Green Horizon • Maximale CO2-reductie (tot 70%) • Cementvervangers voor een laag cementaandeel • Bevat gerecycled materiaal • In regendichte PE-zakken van minimaal 50% recyclaat met een houdbaarheid van tenminste 2 jaar Kijk voor meer informatie op www.remix.nl E-mail info@remix.nl – Tel. (0599) 287 360 – www.remix.nl Metselmortel M5 Betonmortel C20/25 Zandcementmortel C16/F3 Blokkenlijm M10
3 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG INHOUD BOUW BELANG Coverfoto Samenwerken met andere disciplines op de bouw is voor Lieke en Patrick IJpelaar de normaalste zaak. “Je moet wat voor elkaar over hebben en elkaar willen helpen. Je bouwt een woning immers samen, dus als een aannemer vraagt of ik een extra hijsje kan doen, maak ik daar tijd voor. Onze kraan staat er toch”, zegt Patrick, die samen met zijn vrouw Lieke IJpelaar Lijmwerken in Rijen runt. 13 Innovatieprijs voor lichtgewicht exoskelet Auxivo won de BouwBelang MKB Trofee 2023 met de Liftsuit en de Carrysuit, twee exoskeletten die bouwvakkers ondersteunen bij fysiek zwaar werk. De AFNL reikte dit jaar voor de zesde keer deze persprijs voor innovaties uit op de BouwBeurs in Utrecht. 10Bouwen in het groen Woningbouwplannen van het kabinet zijn gericht op inbreiding van 17 stedelijke gebieden. “Daarmee gaan we de miljoen woningen voor 2030 niet halen”, zegt Taco van Hoek. Kleine bouwlocaties in het groen zijn een kansrijke aanvulling, vindt de EIB-directeur. 16Circulair Slopen De Schijf Groep doet vanaf de oprichting waar ze goed in is: hergebruiken van sloopmateriaal. Dat heet nu circulaire bouweconomie. “En dan sta je als sloopondernemer plotseling workshops te geven aan architecten”, zegt commercieel manager Tristan Frese. 28 Uitgelicht emissieloos Emissieloos bouwen wordt de norm Materieelpark van heden en toekomst Subsidieregeling emissieloos bouwmaterieel Verder in dit nummer 05 Voorwoord Riek Siertsema + colofon 06 Nieuws 09 Fiscale Tips Alfa Accountants 20 Mkb’ers maken robot voor straatwerk 22 Damsteegt: Bruggen bouwen in bouwteam 29 Column Joost Haest 36 Column hoofdredacteur Arie Grevers IN DEZE UITGAVE 37 “PERSONEELSTEKORT BLIJFT VOOR ONS UIT LOPEN” 40 VOORKOM ZIEKTEVERZUIM DOOR MENTALE KLACHTEN 42 ARBEIDSINSPECTIE LAAT BEDRIJVEN ACHTERGRONDEN ARBEIDSONGEVAL ZELF ONDERZOEKEN PLATFORM VOOR BOUW & INFRA JAARGANG 15 - NUMMER 1 - MAART 2023 Krimp op korte termijn De bouwproductie daalt dit jaar naar verwachting met 1.5%, gevolgd door een verdere daling met 2% in 2024. Dat stelt het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in haar rapport ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2023’. 06
Onbegrensde vrijheid. Lamaxa L50 View Der SonnenLicht Manager
Ik was begin februari op de bouwbeurs in Utrecht om er onze prijs uit te reiken aan de meest mkb-gerichte innovatie. Maar over die prijs vindt u voldoende informatie verderop in het blad. Ik wil het hier hebben over de sfeer in de bomvolle gangen, passages en de stands op de bouwbeursvloer. Aan alles merk je dat de mensen er zin in hebben. Zin in het beursbezoek, zin in bouwen. Door corona was de beurs een keer uitgevallen. Maar dan blijkt toch dat het bouwbloed kruipt waar het niet gaan kan. Ondanks de vele digitale middelen om contact te zoeken met de mensen in de bouw blijkt een vis-à-vis ontmoeting niets van zijn charme verloren te hebben. Dat sociale aspect zit in het dna van de bouwsector. Dat moeten we ook meer uitventen richting jonge mensen, richting zij-instromers. De bouw is een sector waar mensen elkaar ontmoeten om samen de gebouwde omgeving vorm te geven. De fysieke belasting die in de hoofden van de buitenwacht nog altijd manifest is, wordt inmiddels opgevangen door een scala aan hulpmiddelen. De winnaar en de eervolle onderscheidingen van onze prijs getuigen daarvan. Zin in bouwen is mooi, maar dan moeten er wel locaties zijn waar dat kan. In dit verband was er uit de mond van minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, Hugo de Jonge, een positief geluid te horen. Hij opende op maandag 6 februari de bouwbeurs in Utrecht met onder meer de volgende woorden: “Als het niet lukt met een locatie, bijvoorbeeld omdat de businesscase niet rondkomt, dan moeten we meteen doorschakelen. We moeten daarbij niet alleen kijken naar binnenstedelijke locaties, maar ook naar plekken aan de randen van de stad. Soms is een weiland gewoon een weiland waarop we kunnen bouwen.” Hij lijkt met zijn regionale woondeals toch aansluiting te zoeken bij bouwstemmen die de antwoorden op de woningbouwuitdaging tot 2030 ook vinden in kleinschalige projecten in dorpen en gemeenten verspreid over het hele land – koren op de molen van mkb-bouwers. Eén van die stemmen is EIB-directeur Taco van Hoek die in deze uitgave uitvoerig aan het woord komt. Ten slotte wil ik nog even stilstaan bij een jubileum. Achterin elke uitgave van BouwBelang vindt de trouwe lezer het GAzet-katern dat geheel gewijd is aan arbeidszaken. Deze informatie ontvangt de achterban en onze relaties al sinds januari 2005, eerst als aparte uitgave en later als katern in ons lijfblad. En in deze editie is dat voor de 100ste keer! Riek Siertsema, voorzitter Aannemersfederatie Nederland BB_05-2022.indd 5 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG COLOFON VOORWOORD Zin in bouwen! © 2023. Nederlandse HandelsUitgaven. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatisch gegevens-bestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste geweten is samengesteld. Evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/ of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van deze uitgave wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren. BouwBelang verschijnt vier keer per jaar in de maanden maart, juni, september en december in een oplage van 10.000 exemplaren. UITGEVER Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra De Smalle Zijde 20A, 3903 LP Veenendaal Telefoon: (0318) 544 900 E-mail: secretariaat@aannemersfederatie.nl www.aannemersfederatie.nl ONTWIKKELING EN REALISATIE Nederlandse HandelsUitgaven Maagdenburgstraat 22, 7421 ZC Deventer Telefoon: (0570) 861007 E-mail: hugo@handelsuitgaven.nl www.handelsuitgaven.nl BLADMANAGEMENT Frank de Groot REDACTIE Arie Grevers (hoofdredacteur) E-mail: arie@bouwbelang.com Frank de Groot Geert Hilferink Hans Fuchs REDACTIEADRES Nederlandse HandelsUitgaven Postbus 2273, 7420 AG Deventer E-mail: redactie@bouwbelang.com COÖRDINATIE Rielèn van der Hoek FOTOGRAFIE Kees Stuip ILLUSTRATIES Hennie Vaessen VORMGEVING EN PREPRESS Ronald Wientjes, Create-by ADVERTENTIE-EXPLOITATIE Nederlandse HandelsUitgaven Hugo Arends Telefoon: (0570) 861007 E-mail: advertentie@bouwbelang.com ABONNEMENTEN, ADRESWIJZIGINGEN, EN OPZEGGINGEN E-mail: info@bouwbelang.com DRUK Damen Drukkers Postbus 14 4250 DA Werkendam PLATFORM VOOR BOUW & INFRA
6 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023 Nieuws en achtergronden kunnen, eventueel voorzien van foto (digitaal beeld minimaal 300 dpi), worden gestuurd naar: redactie@bouwbelang.com of naar: Nederlandse HandelsUitgaven, Postbus 2273, 7420 AG Deventer NIEUWS ■ De bouw moet zich opmaken voor krimp op de korte termijn. De bouwproductie daalt dit jaar naar verwachting met 1.5%, gevolgd door een verdere daling met 2% in 2024. De nieuwbouw van woningen en andere gebouwen valt sterk terug en de investeringen en het onderhoud aan de infrastructuur staan ook onder druk. Dat stelt het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in haar rapport ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2023’. De groei van 2% die de bouw in 2022 wist te realiseren, is volgens het EIB ‘teleurstellend in verhouding tot de eerdere verwachtingen’. Bouwkosten zijn door de oorlog in Oekraïne opgestuwd en de hoge inflatie heeft een forse stijging van de rentes veroorzaakt. Vooral de productiegroei bij de nieuwbouw van woningen viel daardoor veel lager uit dan verwacht. Ook bij de infrastructuur, waar veel met vaste budgetten wordt gewerkt, waren de gevolgen zichtbaar. Opvallend noemt het EIB de relatief krachtige werkgelegenheidsgroei in 2022, die zelfs nog iets hoger uitviel dan de productiestijging. De totale werkgelegenheid nam met 12.000 voltijdbanen toe en tegen het eind van het jaar liepen de hoge vacaturegraden wat terug. VOORBODE De ontwikkelingen in het afgelopen jaar zijn een voorbode voor dit en volgend jaar, aldus het EIB. De nieuwbouwproductie van woningen daalt in diejaren met bijna 10%. Hiermee raken ook de woningbouwambities van het kabinet verder uit beeld. De utiliteitsnieuwbouw daalt nog sterker met ruim 10%. In de infrasector daalt de productie naar verwachting tot 2025, zowel bij de investeringen als bij het onderhoud. Alleen de herstel- en verbouwproductie in de woning- en utiliteitsbouw kunnen nog redelijke groeien, vooral dankzij toenemende investeringen in duurzaamheid. MIDDELLANGE TERMIJN BETER Na 2024 kan de bouwproductie weer gematigd groeien, zo verwacht het EIB. Vanaf 2025kan de bouwproductiejaarlijks met 2% stijgen, Aan die groei leveren alle onderdelen van de bouw een bijdrage. De totale bouwproductie bereikt in 2027 een volume van bijna € 91 miljard (prijzen 2021, red), ruim € 2½ miljard hoger dan vorig jaar. Voorwaarde is wel, zo stelt het EIB, dat de internationale omgeving geen belangrijke oplopende spanningen te zien geeft. Aan de andere kant is deze groei ook te realiseren als de energieprijzen en daarmee verbonden factoren niet volledig terugkeren naar niveaus van voor de oorlog in Oekraïne. 12.000 EXTRA ARBEIDSKRACHTEN Bij dit groeiscenario neemt de vraag op arbeidsmarkt weer toe en zijn er 12.000 extra arbeidskrachten nodig in de periode 2025-2027. Daarmee komt de vraag ook weer boven de instroom vanuit de opleidingen te liggen. De blijvende uitdaging is dan om op korte termijn de instroom vanuit de opleidingen goed op peil te houden om arbeidsschaarste in de jaren na 2024 te beperken. EIB: BOUW OP KEERPUNT ‘Woningnieuwbouw krimpt komende jaren’ Versnelling verduurzamen bouwmachines ■ Er is zestig miljoen euro subsidie beschikbaar voor bouwbedrijven om over te stappen op uitstootvrije machines, zoals elektrische hijskranen, betonmixers op waterstof en graafmachines op batterijen. Dergelijk bouwmaterieel stoot geen uitlaatgassen uit, en dus ook geen stikstof. Ook voor vrachtwagens die geen stikstof uitstoten, komen meer subsidiemogelijkheden. Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat): “We weten allemaal dat stikstof een probleem is, ook voor de bouw. Met uitstoot-
7 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG ■ Opdrachtgevers en opdrachtnemers in de infrasector hebben overeenstemming bereikt over een Handelingskader met betrekking tot de prijsstijgingen en leveringsproblemen voor infrastructurele werken voor decentrale overheden. Daarmee hebben ze de uitgangspunten uit de “Intentieverklaring Samen doorbouwen in onzekere tijden” uitgewerkt naar een sectorspecifiek handelingskader. Minister De Jonge had ze hierom gevraagd. Vereniging van Waterbouwers en MKB INFRA waren door De Jonge aan opdrachtnemerszijde als kartrekkers aangewezen. De delegatie vanuit opdrachtnemers bestond verder uit Cumela en Bouwend Nederland. Vanuit de opdrachtgevers waren de waterschappen Delfland en Hunze en Aa’s, de provincies Overijssel en Gelderland en de gemeente Amsterdam samen met BIZOB (Inkoop & Contractmanagement gemeenten en publieke organisaties OostBrabant) bij de uitwerking betrokken. CONSTRUCTIEVE GESPREKKEN Het Handelingskader is tot stand gekomen na intensieve, maar bovenal zeer constructieve gesprekken. Het voorziet in een gespreksagenda op projectniveau, daarvoor hebben de partijen heel bewust gekozen. Zij vinden het belangrijk om het al bestaande instrumentarium om prijsontwikkelingen te kunnen opvangen en te verrekenen opnieuw onder de aandacht van opdrachtgevers en opdrachtnemers te brengen. Aan de hand daarvan kan ook op specifiek opdracht/contractniveau het gesprek constructief gevoerd worden. De urgentie is groot. Enerzijds zijn opdrachtnemers in deze tijd van het jaar genoodzaakt onder druk van de accountant de balans en de jaarcijfers op te maken en vormt het wel of niet nemen van een enorm verlies in afwachting van verrekening van de prijsstijgingen een wezenlijk probleem. Anderzijds moeten ook opdrachtgevers binnenkort publieke verantwoording over de jaarresultaten afleggen, waarbij bestemming van gelden essentieel is. TWEE WEZENLIJKE ZORGPUNTEN Naar aanleiding van de gesprekken vragen opdrachtnemers en opdrachtgevers de minister om hen te helpen bij het ontwikkelen van oplossingen voor een tweetal wezenlijke zorgpunten. Daarbij gaat het om aandacht voor de noodzakelijke financiële middelen die decentrale overheden in staat stellen om alle opvolgende crises met bijbehorende prijsstijgingen en aanhoudende onzekerheden het hoofd te kunnen bieden. Ook zijn de zorgen gedeeld dat het doorbelasten van risico’s rond leveranties na inkoop een wezenlijk probleem in de keten is. Deze zorgen vragen om een sectorbrede aanpak en zijn daarom door MKB INFRA-voorzitter Philip van Nieuwenhuizen ook overgebracht aan minister Bruins Slot van BZK. Hij is verantwoordelijk voor provincies en gemeenten, die als decentrale overheden een fors deel van de infrastructuur in Nederland onder hun beheer hebben. AFSPRAKEN OVER PRIJSSTIJGINGEN EN LEVERINGSPROBLEMEN Handelingskader voor Infra Decentraal opgeleverd vrije machines helpen we dat probleem steeds verder de wereld uit. Ik weet dat de bouw graag wil, want vorig jaar was de subsidiepot binnen één dag leeg. Daarom stop ik er komend jaar fors meer in, want ik wil echt meters maken met de sector. Op weg naar een bedrijvige bouwplaats, maar zonder stikstof en uitlaatgassen.” STIKSTOFVRIJ HEEFT TOEKOMST De subsidie is nodig omdat bouwmaterieel op waterstof of batterijen vaak veel duurder is dan materieel dat op diesel draait. Bouwers kunnen met de subsidie tot maximaal 40% van het prijsverschil met diesel vergoed krijgen. Voor kleinere ondernemers ligt dat percentage hoger dan voor grotere ondernemers, om zo ook het mkb te helpen bij de overstap. Voor de bouw heeft stikstofvrij materieel de toekomst om te kunnen blijven bouwen. Immer, als je geen stikstofruimte gebruikt, hoef je die ook niet te zoeken. Ook voor de aanschaf van een uitstootvrije vrachtwagen kunnen ondernemers subsidie aanvragen. In 2023 is daar in totaal dertig miljoen euro voor beschikbaar, vijf miljoen meer dan vorig jaar.
8 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023 ■ Midden- en kleinbedrijven in de infrastructuur komen steeds vaker in de verdrukking. De bedrijven zelf merkten het al langer, maar het is nu ook met cijfers van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) onderbouwd. Dat bleek bij de presentatie van het rapport ‘Positie midden- en kleinbedrijf op de infrastructuurmarkt’ aan minister Harbers van Infrastructuur en Waterstaat. Het rapport maakt duidelijk dat er actie nodig is om het mkb weer aan zet te krijgen bij het onderhoud, vervanging en renovatie van infrastructuur. Daarin concluderen de onderzoekers dat deze bedrijven steeds minder aan bod komen bij de opdrachten van Rijkswaterstaat. Het aandeel werk dat naar het mkb gaat was bij Rijkswaterstaat al laag en is de afgelopen jaren nog verder teruggelopen. Dat komt volgens het EIB door de schaalvergroting, waarvan zeker bij Rijkswaterstaat sprake is. Daardoor worden projecten grootschaliger en complexer en daalt het aantal werken met een waarde onder de 35 miljoen onmisbaar voor de sector, zo concludeerde Jacco Vonhof, voorzitter van MKB-Nederland, bij de aanbiedingvan het rapport aan minister Mark Harbers. BLIJ MET NOODKREET De minister was blij met de cijfermatige onderbouwing van de noodkreet en beloofde dat hij zijn best zal blijven doen om projecten van RWS toegankelijk te houden voor het mkb. Hij zei verder de suggestie om onderhoudscontracten en administratie te vereenvoudigen op te zullen pakken en zeker ook te willen leren van de goede voorbeelden bij andere overheidsopdrachtgevers. Dat laatste werd meteen ingevuld bij een aansluitende paneldiscussie, waarin Bob Demoet (RWS), Lindy Molenkamp (Prov. NH), Pieter Janssen (Hoogheemraadschap Delfland), Taco van Hoek (EIB), Marieke Roorda (Krinkels BV) en Jan Huijbers (Van den Herik) onder leiding van dagvoorzitter Arne Weverling en in levendige discussie met de zaal tot de conclusie kwamen dat er veel te winnen is bij meerdimensionaal samenwerken en leren van elkaar. Dat maakte de paneldiscussie geen afsluiting, maar een begin van de ontdekkingstocht naar en het experimenteren met manieren hoe partijen samen de gigantische opgave die de sector te wachten staat, kunnen gaan realiseren. ONDERZOEK BEVESTIGT ERVARINGEN BEDRIJVEN ‘Mkb in infra in verdrukking’ euro. Dergelijke projecten worden als maximaal haalbaar voor het mkb beschouwd. Op verzoek van een aantal leden van MKB INFRA, Bouwend Nederland, Koninklijke VHG, Cumela en Vereniging van Waterbouwers heeft MKB INFRA, samen met MKB-Nederland, het EIB opdracht gegeven om uit te zoeken of de gevoelens over de afnemende kansen van de mkb-bedrijven klopten. Dat blijkt het geval en dat is zorgwekkend, want een gezond mkb is
In mijn column van december 2022 heb ik geschreven op welke fronten er fiscaal nog wat te verdienen viel eind 2022. Bij de start van 2023 wil ik verder gaan met een tip voor de vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting. Onlangs is de regeling voor willekeurige afschrijving die bedoeld is voor ‘investeringen in het belang van bevordering van de economische ontwikkelingen’, in werking getreden. Wat houdt deze regeling dan in? Als u in 2023 investeert en de investering voor 1 januari 2026 in gebruik neemt, mag u 50% van het investeringsbedrag willekeurig afschrijven. De resterende 50% moet u wel regulier afschrijven. Uiteraard zijn er voorwaarden aan verbonden. Zo is het van belang dat het gaat om bedrijfsmiddelen die nog niet eerder in gebruik zijn genomen en u de investering in 2023 aangaat. Dat houdt in dat de opdrachtbevestiging in 2023 moet zijn getekend. Investeringen die in 2022 zijn aangegaan en in 2023 worden geleverd, tellen dus niet mee. Verder is het van belang dat als de investering is gedaan in 2023 maar in 2024 of 2025 in gebruik wordt genomen, het bedrag dat u willekeurig wilt afschrijven ook daadwerkelijk in 2023 is aanbetaald. Uitzonderingen Helaas geldt de regeling niet voor alle investeringen en geldt een uitzondering voor investeringen in: gebouwen, schepen, vliegtuigen, bromfietsen en motoren. Ook personenauto’s die niet zijn bestemd voor beroepsvervoer komen niet in aanmerking. Dat geldt wel voor auto’s zonder CO2-uitstoot. Verder geldt de regeling niet voor immateriële activa (zoals vergunningen en goodwill), dieren en bedrijfsmiddelen die hoofdzakelijk zijn bestemd voor verhuur. Tot slot zijn uitgezonderd voor het openbaar verkeer openstaande wegen en paden, inclusief bruggen, viaducten, duikers en tunnels en bedrijfsmiddelen die al willekeurig worden afgeschreven op grond van een andere regeling. Ondanks de uitzonderingen blijven er naar mijn mening nog voldoende investeringsmogelijkheden over. Het voordeel van deze regeling is vooral een liquiditeitsvoordeel, maar kan ook een progressievoordeel opleveren. U kunt namelijk de willekeurige afschrijving inzetten in de jaren dat u in een hoger belastingtarief valt. U plant dan wanneer u de afschrijving neemt. Dit levert dan echt een belastingvoordeel op en is het geen sigaar meer uit eigen doos; en die smaakt nog lekkerder! GERRALD HEIJNEN is senior belastingadviseur bij Alfa Accountants en Adviseurs in Barneveld Een sigaar uit eigen doos? ONDERNEMERS TIPS 9 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG NIEUWS ABN AMRO: huizenprijzen flink onderuit ■ Economen van ABN AMRO verwachten voor de komende jaren dat de huizenprijzen met 10% dalen. Een aangescherpte prognose, want eerder ging de bank uit van een daling van 6,5% over 2023 en 2024.Vooral dit jaar gaan de prijzen veel harder onderuit met 6 in plaats van de eerder verwachte 2,5%. Voor 2024 wordt een daling van 4% verwacht. Oorzaken zijn volgens ABN AMRO de hogere hypotheekrente, de zwakke vooruitzichten voor economische groei en de recente prijsdalingen. Het sentiment is omgeslagen. De economen houden er in de nieuwste Woningmarktmonitor rekening mee dat de hypotheekrente hoog blijft en dat de inkomens niet hard genoeg stijgen om compensatie te bieden. Dit betekent dat de huizenprijzen verder omlaag moeten om de betaalbaarheid te verbeteren. OOK MINDER TRANSACTIES Ook de ramingen voor het aantal transacties is bijgesteld. In 2023 zal het aantal transacties niet met 1% maar met 5% dalen. In 2024 zal de interesse om te kopen waarschijnlijk weer groeien en wordt een stijging van de verkopen met 2,5% verwacht. De toename is bescheiden, omdat deze wordt beperkt door het geringe aantal nieuwbouwwoningen dat wordt opgeleverd. PRIJSDALING VIERDE KWARTAAL Uit cijfers van het CBS blijkt dat in het vierde kwartaal van 2022 voor het eerst in negen jaar sprake was van een prijsdaling. Bestaande koopwoningen waren in december nog 2,7% duurder dan een jaar eerder. Dat is de laagste prijsstijging van jaar op jaar in ruim zeven jaar. Een maand eerder bedroeg de stijging nog 4,9%. Gemeten over het hele vierde kwartaal daalde de prijzen dus. In het vierde kwartaal van 2022 kostte een bestaande koopwoning gemiddeld € 415.546.
Tekst: Arie Grevers - Foto's: Kees Stuip De complexiteit van de woningbouwplannen van minister Hugo de Jonge is volgens EIBdirecteur Taco van Hoek te groot om de gestelde ambities tijdig waar te maken. “Dergelijke herstructureringsprojecten zijn erg complex. Het vraagt om grote infrastructurele investeringen die veel tijd vergen en die budgettair nog flinke hoofdbrekens gaan kosten”, zegt Van Hoek. Hij ziet kleine bouwlocaties in het groen als een kansrijke aanvulling op de kabinetsplannen. Met het plan voor kleinschalige woningbouwlocaties aan de randen van dorpen en steden, dat het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in oktober 2022 presenteerde, kunnen op relatief korte termijn wel extra woningen gebouwd worden. “Dat is nodig, want de zeventien binnenstedelijke gebieden waar het kabinet op inzet, gaan de actuele woningnood niet snel genoeg oplossen”, zegt Van Hoek. Volgens Van Hoek moeten de overheden weer in mogelijkheden gaan denken bij de ruimtelijke ordening. “Dat hebben ze vele jaren niet gedaan, maar wil je de hele woningmarkt in beweging krijgen en houden, moet je daar beginnen. In de ruimtelijke ordening moet je inzetten op veel verschillende locaties, veel ballen in de lucht brengen. Met alleen de binnenstedelijke plannen ga je het niet redden. De keuze voor hoogbouw en appartementen is deels te verklaren, maar er is ook in steden, net als daarbuiten, behoefte aan andere woningen en een eigen tuin.” INTEGRALE AANPAK VERTRAAGD De omvangrijke projecten waarop het kabinet zich in de plannen tot 2030 richt, zorgen volgens Van Hoek niet alleen voor financiële uitdagingen, ze leggen ook een grote druk op de ambtelijke organisatie van de betreffende stad of gemeente. “Grote binnenstedelijke bouwprojecten vragen een integrale aanpak waardoor zowel in de voorbereiding als tijdens de uitvoering veel ambtenaren betrokken zijn. Dat zorgt er ook voor dat die projecten niet snel van de grond komen. 10 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023
EIB-DIRECTEUR TACO VAN HOEK OVER PLANNEN OVERHEID: INTERVIEW ‘Denk weer in mogelijkheden in ruimtelijke ordening’ Dat zien wij overigens ook bij de reguliere binnenstedelijke projecten, dus buiten de zeventien grote projecten om. Het wordt in die gebieden steeds lastiger. Hier moet vaak bedrijvigheid en bestaande infrastructuur worden verplaatst, is soms bodemsanering aan de orde en is vaak sprake van bezwaren van omwonenden. Helemaal omdat het bij woningnieuwbouw in de stad de laatste jaren steeds vaker gaat om hoogbouw. Binnenstedelijke woningbouw gaat hierdoor gepaard met hoge kosten en relatief lange doorlooptijden.” BEHOEFTE AAN SNELHEID Voor de zeventien grootstedelijke herstructureringsprojecten geldt dit in nog veel sterkere mate, zo meent Van Hoek. “Het is niet aannemelijk dat deze projecten voor 2030 een belangrijke impuls aan de woningvoorraad kunnen geven. Daarom moeten we ook serieus gaan kijken naar locaties waar we sneller nieuwe woningen kunnen realiseren die passen in de omgeving en aansluiten bij bestaande voorzieningen.” Volgens het EIB liggen die locaties in het groen aan de randen van dorpen en steden. Een visie die op weerstand kan rekenen, want bouwen in het groen is notdone. “Daar zit meteen ook het probleem. Voormalig VROM-minister Pronk introduceerde bijna 20 jaar geleden in de Vijfde Nota voor de Ruimtelijke Ontwikkeling zogeheten rode en groene contouren. Er moest gebouwd worden binnen de rode contouren, daarbuiten liefst niet. En dat is tot op heden het mantra in de ruimtelijke ordening. Sterker nog: met de in de tijd steeds verder aangescherpte ladder voor duurzame verstedelijking is het een bindend juridisch kader geworden.” VEEL POTENTIEEL AANWEZIG Misschien nog belangrijker in de ogen van Van Hoek is de dagelijkse praktijk in de ruimtelijke ordening. “Daar wordt op voorhand niet gezocht naar geschikte locaties buiten het al dichtbebouwde stedelijke gebied. Mede daardoor is er al die jaren nauwelijks gekeken naar onbebouwd gebied, naar landbouwgrond, terwijl veruit het grootste deel van Nederland daar uit bestaat. Een gemiste kans, want “In de ruimtelijke ordening moet je inzetten op veel verschillende locaties, veel ballen in de lucht brengen.” 11 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG
INTERVIEW ‘Concentreren op snel meer woningen’ Gevraagd naar zijn mening over het idee van woningbouwprofessor Peter Boelhouwer om een hele nieuwe stad te bouwen om zo de woningnood op te lossen, zegt Van Hoek: “De woningmarkt bestaat uit vele regionale en lokale deelmarkten, er is behoefte aan diversiteit en niet aan een megalocatie. Nadenken over een hele nieuwe stad leidt bovendien af van de actuele uitdaging. Voordat die plannen zijn uitgewerkt en de eerste woningen worden opgeleverd, ben je tientallen jaren verder. Daar hebben we nu niets aan. En bovendien kent niemand de demografische ontwikkelingen over zo’n lange periode. Hebben we straks nog wel behoefte aan een nieuwe stad? Allemaal vragen waarop we geen antwoord kunnen geven. We moeten ons nu concentreren op de plannen die zo snel mogelijk voor meer woningen kunnen zorgen.” juist aan de randen van dorpen en steden ligt veel potentieel voor kleinschalige woningbouwprojecten.” Groot voordeel van die kleinschalige woningbouwprojecten is de snelheid waarin ze te realiseren zijn. “Het kernpunt is dat er bijzonder veel kleine geschikte locaties zijn waar projecten van tientallen woningen gebouwd kunnen worden. Iedere postzegel helpt, met veel postzegels krijg je ook een enveloppe vol”, zegt Van Hoek, die toevoegt dat de plannen van het EIB aanvullen. “Het is wel ‘en-en’. De kleine groene locaties zijn een aanvulling op het binnenstedelijk programma en een aantal wat grotere buitenstedelijke locaties. Als hierop wordt ingezet is het wel degelijk mogelijk om 900.000 woningen te realiseren tot 2030.” BIJDRAGEN AAN BALANS Behalve in aantallen woningen kunnen de locaties aan de randen van dorpen en steden ook een bijdrage leveren aan een evenwichtige balans op de woningmarkt. “De locaties lenen zich goed voor eengezinswoningen met een tuin of lage appartementencomplexen. Belangrijke afweging is de daadwerkelijke behoefte waarbij vooral de balans op de woningmarkt voorop moet staan. Die balans is namelijk nodig voor een goede doorstroming en dat is echt de achilleshiel van het huidige woningmarktbeleid. Succesvol woningmarktbeleid moet ervoor zorgen dat er van de onderkant tot de bovenkant van de markt voldoende aanbod komt, zodat huishoudens kunnen doorstromen.” Woningbouwopgave tot 2030 is alleen te halen als we ook kleine locaties aan de randen van dorpen en steden bouwrijp maken. Laat uw mening horen via een simpele click op de website bouwbelang.com Locatie en betaalbaarheid beperken te veel Al jaren achtereen komt het aantal opgeleverde nieuwbouwwoningen niet in de buurt van de 100.000 die jaarlijkse nodig zijn om in de vraag te voorzien. Als oorzaken hiervan ziet Van Hoek een aantal ontwikkelingen. “Locatie is een van belangrijkste oorzaken. Het steeds verder verdichten van al dichtbebouwd gebied loopt tegen grenzen aan. Het laaghangend fruit is de afgelopen jaren al geplukt, de locaties waar zonder veel problemen en bezwaren gebouwd kon worden staan inmiddels vol. Dat betekent dat het vinden van geschikte locaties in dichtbebouwd gebied steeds lastiger wordt.” Een tweede belangrijke oorzaak ligt bij het betaalbaarheidsbeleid. “Hierdoor kunnen marktprijzen bij steeds minder woningen worden gehanteerd bij de woningbouwprojecten. Dit reduceert de opbrengsten in sterke mate, terwijl aan de andere kant de bouwkosten flink zijn gestegen. Dit verklaart ook dat ondanks de spectaculaire huizenprijsstijgingen in de afgelopen zes jaar, er nog subsidie nodig is middels een woningbouwimpuls om de exploitaties te ondersteunen. De woningbouwimpuls is zo bezien vooral een betaalbaarheidsimpuls.” Uitvoeringsproblemen “Daarnaast zijn er ook uitvoeringsproblemen. Te denken valt aan stikstof, maar ook ambtelijke capaciteit is een aandachtspunt. Zo zijn de bouwvergunningen dit jaar zelfs gedaald ten opzichte van 2021. Een recente uitdaging die we zien en die van invloed zal zijn, is de omslag op de woningmarkt. De rentes stijgen en de huizenprijzen dalen. Om te voorkomen dat die dalende curve doorzet, is een divers woningaanbod nodig en het besef dat doorstroming niet alleen betrekking heeft op senioren die naar een gelijkvloerse woning gaan. Het is voor een evenwichtige woningmarkt minstens zo belangrijk dat eigenaren die vanuit hun eerste woning een volgende stap willen zetten, plaats kunnen maken voor nieuwe starters. Van alle starters begint 90 procent namelijk in een bestaande woning en niet in nieuwbouw. Ook daar zal meer aandacht voor moeten zijn om de noodzakelijke balans te waarborgen.” 12 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023
Minder belasting van het lichaam dankzij een lichtgewicht ondersteunend exoskelet, dat is het idee achter de Liftsuit en de Carrysuit. Beide exoskeletten zijn ontwikkeld door studenten van de ETH in Zürich, die zich inmiddels hebben verenigd in het bedrijf Auxivo. De Liftsuit is een mechanisch exoskelet dat onderrug en knieën ondersteunt bij het tillen van materialen en het buigen van de rug. De Carrysuit helpt gebruikers bij het dragen van materialen. Arie Grevers, juryvoorzitter van de BouwBelang MKB Trofee en hoofdredacteur van vakblad Bouwbelang: "De toepassingsmogelijkheden van beide exoskeletten zijn bouwbreed en bieden kansen voor betere werkomstandigheden op de bouwplaats." EXTRA SPIEREN De Liftsuit bestaat uit robuust en duurzaam textiel dat ook in de bergsport wordt gebruikt. Elastische polymeerbanden in het exoskelet helpen bij het tillen door bewegingsenergie op te slaan en weer af te geven. Auxivo typeert de Liftsuit als 'een laag kunstmatige spieren buiten het lichaam'. Het exoskelet weegt nog geen 900 gram. Het Zwitserse bedrijf introduceerde de LiftsMKB TROFEE Tekst: Hans Fuchs - Foto's: Kees Stuip BOUWBEURS 2023: VEEL INNOVATIES ZETTEN IN OP GEZONDHEID EN VEILIGHEID Lichtgewicht exoskeletten winnen BouwBelang MKB Trofee 2023 Op 7 februari ontving het Zwitserse bedrijf Auxivo de BouwBelang MKB Trofee 2023. Auxivo won de innovatieprijs voor het mkb bouw met de Liftsuit en de Carrysuit, twee exoskeletten die bouwers ondersteunen bij fysiek zwaar werk. Voorzitter Riek Siertsema van de Aannemersfederatie Nederland Bouw & Infra (AFNL) reikte de prijs uit tijdens de BouwBeurs 2023. De beide mensen van Auxivo, Fabio Gobbo (l) en Joël Bonsafo Bawua, geflankeerd door AFNL-voorzitter Riek Siertsema en Arie Grevers, hoofdredacteur BouwBelang en juryvoorzitter. Riek Siertsema heeft de Liftsuit op locatie uitgeprobeerd. 13 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG
Veel innovaties op de Bouwbeurs Is het de 'bijvangst' van corona? Na het afblazen van de Bouwbeurs in 2021, leek de editie van 2023 een inhaalslag te maken. Met verrassend veel innovaties, ook voor het mkb bouw – op een levendige en goedbezochte beurs. Met duurzaamheid en milieu als speerpunten, voer de Utrechtse bouwbeurs (6 t/m 10 februari) misschien geen verassende koers. Maar de thematiek is actueel en bood alle ruimte voor oude en nieuwe spelers in de bouw-in-transitie. Op de beurs was volop aandacht voor prefab oplossingen, zoals Prefabmaat en voor integrale bouwconcepten voor dak en schil zoals TotaalDakConcept. Bij Prefabmaat, sinds een half jaar actief, kunnen kleine bouwbedrijven in een configurator prefab dakkapellen en hsb-wanden samenstellen. Prefabmaat levert de bestelde bouwdelen op de bouw af, inclusief hijswerk als dat nodig is. Zuinig licht en vlinderen op accukracht De focus op duurzaamheid druppelde door naar nieuwe en doorontwikkelde mkbbouw producten. Van energiezuinige led-lichtoplossingen - met almaar meer lumen bij steeds lagere wattages - zoals de powertool accu-werklamp voor de kleine aannemer van LED's work. Tot de AccuVlinder-serie (sinds 2018) van Hofstede Trading waarmee een betonvloer emissieloos en vrijwel geruisloos kan worden afgewerkt. Hofstede introduceerde in Utrecht een nieuwe dubbele zitvlinder op accu en een verlaagde kantelmachine (van 60 naar 53 cm). Een wisselsysteem voor de accu garandeert dat het werk niet stilvalt. Luchtdicht en brandwerend Alert Isolatie presenteerde in Utrecht een nieuwe Airtape-variant. De afdichtingssystemen van Alert Isolatie bestaan uit glaswol, vacuüm gesealed in folie. Als de seal geplaatst is en de folie wordt opengeprikt, zet de glaswolvulling uit en zorgt voor een luchtdichte aansluiting tussen bouwdelen. Op de Bouwbeurs presenteerde het Schiedamse bedrijf eveneens de Firetape, een smalle brandveilige Airtapeoplossing die goed is voor zestig minuten brandwering. De Firetape is in juni 2022 op de markt gebracht als variant van de al bestaande bredere Firetight tape. De beurs bood ook - misschien in het kielzog nog van het werken-op-afstand dat corona afdwong – de nodige digitale oplossingen om projecten gesmeerd aan te sturen en af te ronden. De nieuwe Trimble Connect AR-App met augmented reality is er een voorbeeld van. Net als de Verbouwapp die DSG in Utrecht presenteerde. Die biedt bij woningrenovaties een communicatieplatform voor aannemers, architecten en woningeigenaren. Ook de actualiteit sijpelde op de beursvloer door; wie nog geen inzicht had in de volle bandbreedte van alle warmtepomp-opties als duurzaam antwoord op de hoge energieprijzen, was in Utrecht ook wat dat betreft een hele werkweek lang aan het juiste adres. uit en de Carrysuit op de Bouwbeurs voor het eerst breed aan de Nederlandse bouw. De Liftsuit wordt sinds 2019 al in diverse Europese landen gebruikt, waaronder Frankrijk en Duitsland. De Carrysuit is een nieuw product. Dit exoskelet is voorzien van een 5,5 kilo wegend aluminium harnas, toegesneden op het ontlasten van het lichaam bij het dragen van zware voorwerpen. Eervolle vermelding Rik Zwama van Hütter Safety toont de fiberoplossing in het Keepr kabelsysteem. 14 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023
MKB TROFEE Een tilhulp als de prijswinnende Liftsuit (900 euro) behoort tot de vaste uitrusting van de bouwvakker. Laat uw mening horen via een simpele click op de website bouwbelang.com. Een praktijkgerichte prijs voor het MKB De BouwBelang MKB Trofee is in 2011 in het leven geroepen als prijs voor een innovatie waar het mkb wat aan heeft – of het nu gaat om een stuk gereedschap of een dienst die de sector vooruit helpt, om nieuw materieel, materiaal of een slimme machine. De prijs gaat naar een innovatie die meteen inzetbaar is, zonder lange leertrajecten en zonder hoge investeringskosten. De BouwBelang MKB Trofee wordt om het jaar uitgereikt aan een innovatie die wordt gepresenteerd op de Bouwbeurs in Utrecht. De winnaar kan rekenen op een bos bloemen, een oorkonde, eeuwige roem en volop aandacht in de vakmedia. In het verleden waren winnaars onder meer Cemwood, een circulaire dekvloer uit versteende houtsnippers (MKB Trofee 2019) en de Dachstick, een innovatief kunststof anker van Nelskamp dat geïntegreerd is in de F-12-U Zuid dakpan (2015). In 2011 werd de BouwBelang MKB Trofee toegekend aan Flesst valbeveiliging. De BouwBelang MKB Trofee is een persprijs, met een jury die bestaat uit bouwjournalisten. Voor de editie van 2023 waren dat Arie Grevers (juryvoorzitter en hoofdredacteur van BouwBelang), Joop Wilschut (o.a. voormalig technisch redacteur van BouwWereld), Geert Hilferink (De Medialist) en architectuurjournalist/publicist Hans Fuchs. EENVOUDIG EN BETAALBAAR De jury van de BouwBelang MKB Trofee prees de eenvoud en de brede inzetbaarheid van beide innovaties. Juyvoorzitter Arie Grevers: "Deze producten dragen op heel eigen wijze bij aan de duurzaamheid van de bouw. De exoskeletten helpen bouwers die dagelijks fysiek zwaar werk moeten verrichten en zorgen zo voor een gezondere werkomgeving – met in het kielzog mogelijk minder ziekteverzuim en lagere arbokosten." De jury was daarnaast te spreken over de toegankelijkheid van beide producten. De exoskeletten van Auxivo kosten respectievelijk 900 en 1690 euro. Grevers: "Dat maakt deze innovaties betaalbaar voor het hele mkb-bouw." Auxivo verzorgt ook de training die gebruikers leert hoe de exoskeletten werken. FIT EN GEZOND OP DE BOUW Fabian Gobbo, één van de twee oprichters van Auxivo, was blij verrast met het winnen van de MKB Trofee: "We zien dat steeds meer bedrijven zich inzetten voor de gezondheid en het welzijn van hun medewerkers." Bij het uitreiken van de prijs onderstreepte Riek Siertsema van de AFNL het belang van een duurzame inzet van medewerkers in de bouw: "Als bouwer fit je pensioen halen is voor de AFNL een belangrijk streven. Deze exoskeletten dragen daaraan bij." GEEN KRAMP MEER Inzetten op een gezonde en veilige bouwplaats, dat doen ook de twee innovaties die van de jury een eervolle vermelding kregen: de Raimondi Levmatic en de manmade fiber valbeveiliging van Hütter Safety en Keepr. De Levmatic is een accu-aangedreven elektrische levellingtang voor de tegelzetter. Het Italiaanse familiebedrijf Raimondi ontwikkelde het gereedschap als gebruiksvriendelijk alternatief voor de traditionele mechanische levellingtang. De accu-aangedreven innovatie voorkomt de kramp en blessures aan de handen die kunnen optreden bij intensief gebruik van de ouderwetse tang. De accu-aangedreven Levmatic ontlast de hand bij het vastzetten van de scheggen die de tegels nivelleren. De nieuwe tool van Raimondi leent zich voor grote klussen en is volledig instelbaar op de te nivelleren tegels. VEILIG VALLEN De jury vergaf een tweede eervolle vermelding aan de manmade fiber valbeveiliging van Hütter Safety en Keepr. Hütter Safety presenteert de nieuwe fiber-oplossing in het Keepr kabelsysteem als alternatief voor stalen valbeveiligingsystemen. Bovendien sluit manmade fiber beter aan op de veranderende normen voor valbeveiliging, aldus Hütter Safety. Een slimme coating in het binnenwerk voorkomt rek en krimp, terwijl de kleurstelling aan de buitenkant zorgt voor een goede zichtbaarheid. Eervolle vermelding Raimondi sr. (links) en zijn zoon van het gelijknamige Italiaanse familiebedrijf. Ko Gobbens van KeraKoll brengt de Levmatic op de Nederlandse tegelzettersmarkt. 15 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG
Tekst: Arie Grevers - Foto's: Kees Stuip CIRCULARITEIT ZIT IN HET DNA VAN DE SCHIJF GROEP IN UITHOORN ‘Vroeger noemden we dat zuinigheid’ 16 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023
CIRCULAIR SLOPEN Het is altijd boeiend te horen hoe midden- en kleinbedrijven ontstaan. Maar hoe verschillend de aanleidingen ook kunnen zijn, het begint altijd met een geëngageerde ondernemer. En dat is een mens die kansen ziet, het lef heeft de kansen te grijpen en die over het inzicht, doorzettingsvermogen en eigenzinnigheid beschikt om er iets van te maken. Zo’n ondernemer stond ook aan de wieg van wat inmiddels de Schijf Groep heet, een familiebedrijf met circa 75 medewerkers in Uithoorn dat zichzelf een innovatieve partner noemt op het gebied van sloopwerkzaamheden, asbestverwijdering, boren en zagen met diamantgereedschap, specialistisch transport op hoogte en aanleg van BMX Tracks. AL 25 JAAR CIRCULAIR MET RESTORIC De oprichter heette Piet Schijf. Hij kweekte bloemen in kassen. Om niet helemaal afhankelijk te zijn van de fluctuerende olieprijzen, stookte hij de ketels in zijn kassen op hout dat hoofdzakelijk uit de sloop van oude kassen kwam. De frames van de kassen waren toen nog van hout. Maar hij zag dat het hout vaak nog in prima staat verkeerde. Zonde om te verbranden en daarom startte hij in1972 een houthandel. Het sloopwerk kwam er pas later bij. Die handel met materialen uit sloop is nog steeds terug te vinden in Schijf Restoric, naast de genoemde bedrijfsactiviteiten eveneens onderdeel van de Schijf Groep. Schijf Restoric is gevestigd in een enorme loods die onderdak biedt aan opslag van materialen uit sloop, een werkplaats en een showroom. In de werkplaats maken meubelmakers interieurs voor woningen en kantoren van sloophout en in de showroom laat het bedrijf al vijfentwintig jaar zien wat je er zoal van maken kunt. De materialen en producten zijn keurig gesorteerd, gerangschikt in toegankelijke en goed verlichte ruimten en voorzien van maatvoering en prijskaartje. De klant krijgt een kop koffie aangeboden en kan contant of met pin afrekenen. Een factuur wordt direct geprint. Een groot verschil met vroeger en wat je soms nog altijd ziet: alles door elkaar in grote zeecontainers – als je iets gevonden had van je gading, moest je maar zien hoe je het er onderuit kreeg. “Schijf Restoric is eigenlijk de voortzetting van de toenmalige houthandel. Toen noemde je dat zuinigheid en nu heet ‘t een circulair bedrijfsmodel. We ontvangen er partiTristan Frese, commercieel manager van Schijf Groep: “Totaalsloop is nog altijd de regel, circulair slopen de uitzondering. Maar we bespeuren een groeiende belangstelling van opdrachtgevers.” De Schijf Groep doet vanaf de oprichting waar ze goed in is: hergebruiken van sloopmateriaal. Dat heet nu circulaire bouweconomie. Hun bedrijfsbeleid van oudsher, dat ze altijd graag hebben uitgedragen aan zo veel mogelijk jonge mensen, is onderdeel van het Schijf-DNA en blijkt de remedie tegen schaarste aan grondstoffen. “En dan sta je als sloopondernemer plotseling workshops te geven aan architecten”, zegt commercieel manager Tristan Frese. 17 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG
culiere en zakelijke klanten, architecten, ingenieursbureaus, en restauratieaannemers. In de werkplaats maken we maatwerk op bestelling. Ook komen de klanten met een paar deurtjes en willen dat wij er een vitrinekast van maken of dergelijke”, zegt Tristan Frese. Hij is commercieel manager en verantwoordelijk voor communicatie, transport en inventarisaties van herbruikbare materialen op slooplocaties. CIRCULAIR SLOPEN ALS VERDIENMODEL Zeker tot begin jaren tachtig zat het verdienmodel voor een sloopbedrijf in de handel van geoogste materialen. De sloper moest geld meebrengen als hij een pand wilde slopen. De goede houtdelen werden spijkervrij gemaakt voor hergebruik. De huidige directeur van de Schijf Groep, Teun Stam, is ooit als twaalfjarige jongen begonnen met spijkers trekken na schooltijd en op zaterdag. In de jaren tachtig en negentig kreeg je de grote knippers en sorteergrijpers waardoor je efficiënt een totaalsloop kon uitvoeren, zodat er snel met een nieuwbouwproject begonnen kon worden. Tijd was geld en afval voerde je in fracties af. Het hout ging naar de stort of verbrandingsovens. Het puin werd granulaat om te verwerken onder wegen en erfverhardingen. Belangrijk verschil met de periode daarvoor: de opdrachtgever betaalde het sloopbedrijf voor zijn inbreng op locatie. Het slopen werd het verdienmodel. Tristan: “De trend van nu is circulair slopen. En dat past prima in ons straatje, wantdat doen we altijd al. We hebben er dit jaar een aparte BV, Schijf Circulaire Demontage B.V. , voor opgericht. De circulaire poot van de Schijfgroep verricht alle werken die we onder BRL SVMS 007 aannemen en uitvoeren. Dat is een beoordelingsrichtlijn voor veilig en milieukundig slopen. Je merkt overigens dat nog lang niet alle opdrachtgevers de prioriteit bijcirculariteit leggen. Totaalsloop is ook nu nog de regel, circulair slopen de uitzondering. We kaarten wel altijd de circulaire optie aan en als de opdrachtgever dan toch voor totaalsloop kiest, dan vullen we het circulaire aspect zelf wel in en dat begint met een inventarisatie van materialen en producten die we kunnen oogsten voor Restoric.” Leerlingen van het Hout- en Meubileringscollege in Amsterdam komen graag in de werkplaats van Schijf. Hier maken ze van oud hout nieuwe interieurproducten. In de showroom van Historic kun je al 25 jaar meubilair en decoratieve spullen uit sloopafval kopen. 18 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2023
CIRCULAIR SLOPEN SLOPER IS ADVISEUR VAN ARCHITECT Maar Tristan bespeurt een groeiende belangstelling voor circulair slopen. En dat leidt tot een andere positie van het sloopbedrijf in de bouwketen. “Vroeger stonden we ergens helemaal onderaan in de pikorde. Nu komt het steeds vaker voor dat de architect ons uitnodigt nog voordat er een lijn op papier gezet is om af te stemmen wat hij of zij van het te slopen pand kan verwerken in de nieuwbouw. Of om kennis te nemen van onze visie op circulariteit. Hoe kun je zo bouwen, dat je het pand over vijftig of zestig jaar weer gemakkelijk uit elkaar kunt halen en hergebruiken. Slopen is in wezen omgekeerd bouwen. Onlangs nog heb ik een workshop verzorgd bij een toonaangevend architectenbureau. Allemaal mensen met een academische opleiding die vooral geleerd hebben lineair te ontwerpen. Met zo’n workshop draag ik eraan bij dat het circulaire gedachtegoed in hun ontwerppraktijk meer aandacht krijgt.” CIRCULAIRE AFZET IN REGIO Tristan wijst er nog op hoe belangrijk het is dat ook de locale bouwvergunningverstrekker aan tafel zit. Die weet namelijk precies welke vergunningstrajectenuitstaan. “Zij kunnen dan wijzen op projecten waar bouwdelen of materialen uit het te slopen pand ingezet kunnen worden. Je moet de sloopmaterialen in de regio kunnen verwerken. Daarom ben ik ook zo blij met onze werkplaats en winkel. Dan kun je altijd zeggen: als jullie er niet mee aan de slag gaan, dan doen we het zelf wel.” REDUCEREN CO2-EMISSIE De mensen van de Schijf Groep werken regelmatig binnen gemeentegrenzen waar strenge CO2-regels gelden, Amsterdam bijvoorbeeld. Dat betekent inzet van elektrisch materieel. Welke stappen heeft de Schijf Groep op dit terrein gezet? Tristan: “Het kleine materieel dat we inzetten op slooplocaties is inmiddels elektrisch. Hetzelfde geldt voor een deel van het wagenpark en onze trots een vrachtwagen met 100 % elektrische autolaadkraan. Op termijn zie ik overigens meer in waterstof aangedreven motoren. Neemt niet weg dat we op dit moment opwekcapaciteit onderzoeken van het dak op onze Restoric-loods. Daar kunnen ongeveer 600 zonnepanelen op. Betekent wel dat we de dakconstructie en waarschijnlijk ook de fundering moeten versterken. Verder zullen we de aansluiting op het net moeten verzwaren. Volgens de congestiekaart hebben we nog ruimte en kunnen we terugleveren aan het net. Daarvoor moet er een apart trafohuis komen met nieuwe leidingen naar ons pand. Het trafohuis moet vrij toegankelijk zijn vanaf de openbare weg. Dan is er nog het logistieke verhaal. Kan ik ’s nacht veertig busjes op ons terrein opladen? En hoe ga ik de overdag opgewekte stroom bufferen? In een zeecontainerbatterij? Kan ik de overtollige stroom kwijt in de directe omgeving en hoe moeten we dat dan verrekenen? Er komt al Om circulair bouwen te bevorderen moeten architecten in de leer gaan bij sloopaannemers. Laat uw mening horen via een simpele click op de website bouwbelang.com Jong geleerd is oud gedaan De trouwe lezers van BouwBelang kennen Tristan Frese al van de vorige uitgave van BouwBelang. Op pagina 20/21 staat een verslag van de Techniek Driedaagse in Aalsmeer, een evenement waar 4000 leerlingen van basisscholen en vmbo’s op originele wijze kennismaken met technische beroepen. Hij was daar branchecoördinator Duurzaamheidsplein. Dat geeft al aan dat hij een geëngageerd promotor en ambassadeur van het vak is. Hoe geeft hij invulling aan dat engagement bij de Schijf Groep? “Onze directeur, Teun Stam, is hier als twaalfjarige jongen spijkers komen trekken uit sloophout. Sindsdien is hij niet meer weggegaan, omdat hij het werk dat hij hier zag fascinerend vond. En nog altijd ontvangen we op zaterdag jonge mensen die het sloophout spijkervrij maken. Op die manier laten we ze proeven en ruiken aan het vak. En daar kun je niet vroeg genoeg mee beginnen. Verder zijn we leerbedrijf. Op de slooplocatie lopen doorgaans enkele leerlingen en in onze werkplaats zijn altijd ten minste twee leerlingen van het Hout- en Meubileringscollege in Amsterdam aan de slag. Die leerlingen komen hier graag, omdat ze hier heel zelfstandig prachtig meubilair kunnen maken of een mooie voordeur kunnen opknappen en op maat maken.” met al veel bij kijken en het is een complexe aangelegenheid, waar je een specialist naar moet laten kijken. Maar als ondernemer moet je er ook wat vanaf weten. Het zijn de uitdagingen van deze tijd. Toen ik ruim twaalf jaar geleden aan de slag ging voor de Schijf Groep kon ik niet vermoeden dat ik me nog eens zou verdiepen in dit soort zaken. Het mkb-ondernemerschap is een zeer afwisselende bezigheid.” 19 NUMMER 1 - 2023 | BOUWBELANG
Tekst: Arie Grevers - Foto's: Arie Grevers MKB ONDERNEMERS ONTWIKKELEN EEN ROBOT VOOR STRAATWERK Revolutie in onze branche GEBOREN IN DE PRAKTIJK De partners van het eerste uur in het Streetrobotics-team zijn mkb’ers die allen begaan zijn met de toekomst van het stratenmakersvak. De bedrijven kennen elkaar via het lidmaatschap van wat nu brancheverHet voorlopige hoogtepunt van het avontuur dat het team achter StreetRobotics zes jaar geleden is gestart, was de demonstratie op 11 november van Strobo in de Paaltjesstraat op steenworpafstand van het Evoluon in Eindhoven. Wat gebeurde er eigenlijk? In het bijzijn van Rik Thijs, wethouder voor klimaat, energie, grond en vergroening vlijde Strobo, robot voor straatwerk, officieel zijn eerste stenen. De robot, eigenlijk een grote rechthoekige doos, danste schommelend van links naar rechts en achter een schort zette Strobo de stenen voorzichtig op hun plek als eieren in een schaal. SPRONG VOORWAARTS Kort voor de demonstratie hebben de leden van het team een toelichting gegeven op hun robotproject in één van de zalen van het Evoluon. De keuze voor dit congrescentrum was niet toevallig. Dit iconische, futuristische gebouw was ooit uithangbord voor technologische vooruitgang en dat is precies waar de robot volgens het team voor staat: Strobo is een sprong voorwaarts in de technologische ontwikkeling van hulpmiddelen voor de stratenmakersbranche. Niet voor niets spreken ze van een ‘revolutie in het straatwerk’. Strobo, de robot voor straatwerk, is een Nederlandse ontwikkeling, voor en door stratenmakers. De autonoom werkende bestratingsrobot met een productiecapaciteit van 180 m2 kent meerdere legverbanden en heeft maar één operator nodig. De partners in het Streetroboticsteam: Johan en Martijn De Krom (De Krom B.V.), Robert van der Meijden (MBI De Steenmeesters), Corjan Munsterman (Lo Minck Systemen BV) en Joost Groefsema (DeJongCeba). 20 BOUWBELANG | NUMMER 1 - 2022
www.bouwbelang.comRkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=