BouwBelang 2 - 2024

op de bouwplaats. Uiteindelijk kiezen ze dan kennelijk toch een andere richting. De resultaten zijn weliswaar bedroevend, ook al timmert de bedrijfstak behoorlijk aan de weg. Toch wordt veel gedaan om de jonge vrouwen over de streep te trekken. Elk jaar doen we bijvoorbeeld mee aan zogeheten meeloopdagen. Leerlingen in de hoogste klassen van het vmbo komen op de bedrijven om te ‘snuffelen’ aan het beroep. En dan is het enthousiasme bij de meisjes niet minder dan bij de jongens. Kennelijk spelen externe factoren een rol. Wat zeggen de ouders? Wat doen de vriendinnen? Ik heb onze medewerkers gevraagd wat volgens hen de oorzaak is van de geringe belangstelling van vrouwen voor het ambacht. En zij menen dat de fysieke belasting vrouwen weerhoudt. Op zich is het vak dankzij hulpmiddelen allang niet zo belastend meer, maar als je de hele dag op de bouwplaats in touw bent, blijft het een zwaar beroep, aldus de medewerkers. De oudere garde kan zich moeilijk voorstellen dat de vrouwelijk bouwvakker een normaal verschijnsel zal worden. Het past niet in wat ze hun hele leven gewend zijn geweest. Bij onze jongere werknemers ligt dat een beetje anders. Weliswaar zijn ook bij hen de omgangsvormen zo, dat je je ‘mannetje’ moet kunnen staan, maar zíj hebben in opvoeding en scholing meegekregen dat mannen en vrouwen in principe hetzelfde kunnen. Ik denk dat zij veel gemakkelijker een vrouwelijke bouwvakcollega zullen accepteren. Die cultuurverandering komt er vanzelf wel een keer en daardoor zullen ook de strikte grenzen tussen wat we typische mannen- en typische vrouwenberoepen noemen, vervagen. Dat geeft hoop voor de toekomst. Als we doorgaan met de ontwikkeling van hulpmiddelen die het werk lichter maken, verwacht ik GAZET | NUMMER 2 - 2024 38

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=