NR 3 - SEPTEMBER 2024 pagina 37-42 Hoogheemraadschap HHNK ziet grotere rol voor mkb bij verduurzaming Aanbesteden Suzanne Brackmann over succesvol aanbesteden Enegielabel A+++ Ketelaars Groen & Infra geeft groene voorbeeld met eigen kantoorpand Betonspecialist Rook Bouw bouwde bestralingsbunkers voor Zwols ziekenhuis PLATFORM VOOR BOUW & INFRA Bestratingsrobot De Krom gaat landelijk met ‘straatwerk- as-a-service’
WWW.DASLADDERS.BE
3 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG INHOUD BOUW BELANG Cover Met twee nieuwe stralingsbunkers wil het Zwolse Isala Ziekenhuis zich voorbereiden op de komst van nieuwe generaties bestralingsapparaten. Rook Bouw uit Vollenhove bouwde de bunkers in opdracht van BAM Bouw & Techniek in Apeldoorn. Jacko Rook: “Een relatie die is ontstaan hier in Vollenhove. Een prettige samenwerking op basis van persoonlijk contact en respect voor elkaars rol en kwaliteiten.” 22 14De Krom zet bestratingsmachine in tegen ‘ruggenbreekwerk' In Rucphen zette De Krom een elektrische bestratingsrobot in die het in 2022 samen met DeJongCeba ontwikkelde. Johan De Krom: “Daarmee gaan we volgend jaar naar straatwerk-as-a-service.” 10 ‘Aannemers mogen bij aanbestedingen best wat mondiger zijn’ Suzanne Brackmann, advocaat en oprichter van Brackmann, een advocatenkantoor gespecialiseerd in, Bouw en Gebiedsontwikkeling, spreekt zich geregeld uit tegen ‘onnodig formalisme’ bij aanbestedingen. “Waarom vragen naar allerhande certificaten? 18HHNK ziet grotere rol weggelegd voor mkb Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier denk dat verduurzaming bij uitstek een terrein is dat het mkb kan oppakken. HHNK wil dat ook stimuleren. Dat zegt senior inkoopadviseur Johan Arends. 22 Ketelaars Groen & Infra onderneemt ook groen Het nieuwe, deels verdiept liggende kantoorpand van Ketelaars Groen & Infra scoort Energielabel A+++, onder meer dankzij 270 PV-panelen op het dak, een WTW en luchtwarmtepomp. Het kantoor beschikt over een tank van 10.000 liter voor de opvang van hemelwater. Verder in dit nummer 05 Voorwoord Riek Siertsema en colofon 06 Nieuws 09 Column Gerrald Heijnen 21 Column Joost Haest 26 Ketelaars Groen & Infra 36 Column Nico Dikstaal IN DEZE UITGAVE 37 RONSELPRAKTIJKEN GEMEENTEN 40 HULPMIDDEL OF LASTPAK? 42 ZELFSTANDIGEN VERPLICHT VERZEKERD AFNL wil verlenging zwaarwerkregeling De Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra (AFNL) heeft politieke partijen en het ministerie van SZW dringend verzocht de zwaar werkregeling te verlengen. Deze regeling is essentieel voor zowel werknemers als werkgevers in de bouw- en infrasector. Volgens de AFNL biedt de regeling werknemers die na 40 jaar zwaar werk toe zijn aan pensioen, de noodzakelijke ondersteuning. Het is daarom cruciaal dat deze goed functionerende regeling behouden blijft voor de sector. 06 PLATFORM VOOR BOUW & INFRA JAARGANG 16 - NUMMER 3 - SEPTEMBER 2024
68,5 kW 4,6 m 1,1 m2 OPMERKING: VOLG ALTIJD DE WAARSCHUWINGEN EN INSTRUCTIES VAN DE FABRIKANT OP. MEER INFORMATIE OP BOBCAT.COM GEEF JE WERKPLAATS EEN BOOST
BB_05-2022.indd Ik hoef bij verduurzaming niet voorop te lopen, maar ik wil ook niet achteraan bungelen. Dat liet Wim Ketelaars van Ketelaars Groen & Infra zich onlangs ontvallen na afloop van een themabijeenkomst van de AFNL. Om vervolgens op te sommen waar hij allemaal mee bezig was, van het aanleggen van een laadstation voor elektrisch gereedschap en busjes tot het produceren van bokashi, gefermenteerd organisch materiaal. Bij de productie van bokashi komt 60 procent minder CO2 vrij dan bij composteren. Ketelaars Groen & Infra draait met zijn bokashi momenteel mee in een pilot van de Wageningse universiteit over circulair terreinbeheer. Reden genoeg voor BouwBelang om eens een kijkje te gaan nemen in Noord-Brabant, waar stratenmaker Ketelaars dertig jaar geleden voor zichzelf begon (zie pagina 26). Eveneens in Noord-Brabant rondde het bedrijf van Johan de Krom afgelopen juni de reconstructie af van de Sint Martinusstraat in Rucphen. De Krom vernieuwde onder meer alle bestrating en gebruikte daarbij een elektrische bestratingsrobot. De Krom zegt met de robot het “ruggenbreekwerk” volledig te kunnen automatiseren (zie pagina 14). Ondernemers als Ketelaars en De Krom weten het – en het behoeft ook eigenlijk geen betoog; werk in de bouw en infra kan fysiek zwaar zijn en niet iedereen haalt zonder kleerscheuren zijn pensioen. Daarom pleit de Aannemersfederatie voor een verlenging van de regeling Vervroegd Uittreden (RVU), in de volksmond de zwaarwerkregeling. Die regeling maakt het voor werknemers mogelijk eerder met pensioen te gaan als de fysiek hen in de steek laat. Dat is mooi, maar de regeling stopt op 31 december 2025. En voor daarna is er nog niets geregeld, onder meer door gesteggel over de vraag wat precies zwaar werk is. In de bouw en infra functioneert de regeling al enige jaren goed en zijn er geen problemen over de definitie van zwaar werk. De federatie doet een dringende oproep aan politieke partijen, het ministerie van SZW en de centrale werkgevers- en werknemersorganisaties om hun verantwoordelijkheid te nemen en de regeling te verlengen. Want werknemers in de bouw en infra, waar geen twijfel bestaat over wat zwaar werk is, hebben recht op duidelijkheid en een vangnet als langer werken echt niet meer gaat. Riek Siertsema Voorzitter Aannemersfederatie Nederland COLOFON VOORWOORD Groener groen © 2024. Nederlandse HandelsUitgaven. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatisch gegevens-bestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste geweten is samengesteld. Evenwel kunnen uitgever en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Uitgever en auteurs aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard dan ook, die het gevolg is van handelingen en/ of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van deze uitgave wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken, maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaring en de te gebruiken informatie te controleren. BouwBelang verschijnt vier keer per jaar in de maanden maart, juni, september en december in een oplage van 10.000 exemplaren. UITGEVER Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra De Smalle Zijde 20A, 3903 LP Veenendaal Telefoon: (0318) 544 900 E-mail: secretariaat@aannemersfederatie.nl www.aannemersfederatie.nl ONTWIKKELING EN REALISATIE Nederlandse HandelsUitgaven Keulenstraat 8J, 7418 ET Deventer Telefoon: (0570) 861007 E-mail: hugo@handelsuitgaven.nl www.handelsuitgaven.nl BLADMANAGEMENT Frank de Groot REDACTIE Nico Dikstaal (hoofdredacteur) E-mail: nico@bouwbelang.com Arie Grevers Frank de Groot Geert Hilferink Hans Fuchs REDACTIEADRES Nederlandse HandelsUitgaven Postbus 2273, 7420 AG Deventer E-mail: redactie@bouwbelang.com COÖRDINATIE Rielèn van der Hoek FOTOGRAFIE Kees Stuip ILLUSTRATIES Hennie Vaessen VORMGEVING EN PREPRESS Ronald Wientjes, Create-by ADVERTENTIE-EXPLOITATIE Nederlandse HandelsUitgaven Hugo Arends Telefoon: (0570) 861007 E-mail: advertentie@bouwbelang.com ABONNEMENTEN, ADRESWIJZIGINGEN, EN OPZEGGINGEN E-mail: info@bouwbelang.com DRUK Damen Drukkers Postbus 14 4250 DA Werkendam PLATFORM VOOR BOUW & INFRA 5 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
6 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024 Nieuws en achtergronden kunnen, eventueel voorzien van foto (digitaal beeld minimaal 300 dpi), worden gestuurd naar: redactie@bouwbelang.com of naar: Nederlandse HandelsUitgaven, Postbus 2273, 7420 AG Deventer NIEUWS AFNL wil steun verlenging Zwaar Werkregeling Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra (AFNL) heeft politieke partijen en het ministerie van SZW met klem opgeroepen om de zwaar werkregeling te verlengen. Deze regeling is van vitaal belang voor zowel werknemers als werkgevers in de bouw- en infrasector. De AFNL wijst erop dat de zwaar werkregeling een uitkomst biedt voor werknemers, die na 40 jaar zwaar werk echt aan hun pensioen toe zijn. Het is daarom noodzakelijk dat de huidige – goed functionerende – regeling behouden blijft voor de bouw en infra sector. De zwaar werkregeling trad drie jaar geleden in werking. Inmiddels ontvangen er gemiddeld ruim 3.000 werknemers een uitkering. Dit aantal wisselt omdat mensen vanaf de definitieve pensioendatum niet langer gebruik maken van de regeling. Daarnaast is er sprake van nieuwe instromers. In de bouw- en infrasector zijn er geen problemen geconstateerd bij het beoordelen of iemand wel of niet zwaar werk verricht. VERANTWOORDELIJKHEID NEMEN De zwaar werkregeling stelt werknemers in staat om eerder met pensioen te gaan na een lange carrière in de bouw- en infrasector, met in sommige gevallen fysiek belastend werk. Zonder de regeling worden werknemers volgens de Aannemersfederatie gedwongen om door te werken ondanks gezondheidsproblemen. Dit leidt tot verhoogde ziekteverzuimkosten en verminderde productiviteit. De AFNL doet dan ook een dringende oproep aan politieke partijen en het ministerie van SZW om hun verantwoordelijkheid te nemen en de zwaar werkregeling te verlengen OPROEP TOT ACTIE De Aannemersfederatie roept alle betrokken partijen op om gezamenlijk op te komen voor de belangen van de bouw- en inframedewerkers en de zwaar werkregeling te verlengen "Wij hopen dat de politiek luistert naar de mensen op de werkvloer en hun rechten beschermt. We kunnen niet toestaan dat deze hardwerkende medewerkers die jaren aan de maatschappij hebben gebouwd, in de kou blijven staan. In onze sector functioneert de regeling goed en hebben we geen gedoe over de definitie van zwaar werk", aldus Arno Snellen, bestuurslid en CAO-onderhandelaar van de AFNL.
7 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG Woningtekort: EIB verwacht het meest van optoppen Met het splitsen, optoppen en transformeren van bestaande woningen en gebouwen kunnen tot en met 2030 zo’n 100.000 tot 120.000 woningen worden opgeleverd. Dat is meer dan de huidige aantallen die worden gerealiseerd. Met name bij het optoppen liggen kansen, omdat dat nu nog weinig gebeurt. Dat blijkt uit onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouw in opdracht van milieuorganisatie Natuur & Milieu. Verruiming van gemeentelijke regels en subsidies kunnen het potentieel mogelijk nog met 25.000 tot 37.000 woningen verhogen. “Naast nieuwbouw biedt ook de bestaande bouw volop mogelijkheden om meer woningen te realiseren. Met slim beleid kunnen er op korte termijn heel wat woningzoekenden blij worden gemaakt”, aldus Marjolein Demmers, directeur van Natuur & Milieu bij de presentatie van het rapport. Het EIB heeft drie manieren van verbouwen onderzocht die tot meer woningen kunnen leiden. Het splitsen van bestaande woningen in meerdere zelfstandige woningen, het toevoegen van één of meerdere woonlagen aan een appartementengebouw (optoppen) en het transformeren van bestaande kantoor- of winkelgebouwen. De onderzoekers concluderen dat zonder aanvullende ondersteuning van het Rijk of gemeenten tot en met 2030 in het meest gunstige geval 100.000 tot 120.000 woningen kunnen worden opgeleverd. De grootste toename wordt verwacht door het optoppen van woningen. Dit levert nu enkele honderden woningen per jaar op, maar dat kan oplopen tot 3.000 woningen per jaar. Met aanvullende steun van het Rijk en lokale overheden kan het aantal woningen mogelijk met 25 procent worden vergroot. In totaal gaat het dan tot en met 2030 om 127.000 tot 158.000 nieuwe woningen. Dit is 16 procent van de totale woningbouwopgave van bijna een miljoen woningen die het kabinet zichzelf heeft gesteld. BELEMMERINGEN WEGNEMEN Om die aantallen te halen, kunnen het Rijk en gemeenten belemmeringen wegnemen. Bijvoorbeeld door de kosten te verlagen. Dan gaat het om subsidies, het verlagen van bouwleges of de overdrachtsbelasting. Aan de andere kant kunnen gemeenten kritisch kijken naar de restricties die zij opleggen aan het benutten van de bestaande bouw. Dit zou naar schatting jaarlijks 2.500 tot 3.100 extra woningen kunnen opleveren. Nu gelden er bijvoorbeeld binnen een hele gemeente vaak dezelfde regels en wordt woningsplitsen ontmoedigd. Het zou passender zou zijn om per wijk te kijken wat de mogelijkheden zijn en daar de regels op aan te passen, aldus het EIB. PLUSSEN EN MINNEN VAN VERBOUWEN Ten opzichte van nieuwbouw biedt verbouwen meerdere voordelen. Zo is de doorlooptijd tot de oplevering korter. Met name bij splitsen is veel minder arbeidsinzet nodig dan bij een gemiddelde nieuwbouwwoning. Voor verbouwen is bovendien geen extra grond nodig, terwijl dit bij nieuwbouw wel nodig is. Ook is het materiaalgebruik veel lager dan bij nieuwbouw, waardoor de gemiddelde CO2-uitstoot per m2 door materiaalproductie 85 tot 50 procent lager is. Aan verbouw zijn ook nadelen verbonden, zo stellen de onderzoekers. De bouwwerkzaamheden en de intensievere bewoning van de woningen leveren extra hinder op voor bewoners en omwonenden. Daarnaast vermindert splitsen het aanbod van grote woningen, wat tot minder doorstroming op de woningmarkt leidt. Het is dan raadzaam daar in nieuwbouwprojecten rekening mee te houden. ‘EENZIJDIGE FOCUS OP NIEUWBOUW’ Natuur & Milieu wil dat in het woningmarktbeleid meer aandacht komt voor verbouwen. Demmers: “Dit onderzoek laat zien dat een te eenzijdige focus van de overheid op nieuwbouw ongelofelijk zonde is. Je ziet dat de problemen die nu spelen bij nieuwbouw zoals het tekort aan materialen en personeel en het gebrek aan grond minder spelen bij het verbouwen van bestaande gebouwen. En het belangrijkste: meer mensen krijgen weer zicht op een primaire levensbehoefte, een eigen onderdak." Optoppen is volgens onderzoek van het EIB een kansrijke manier om snel meer woningen aan de bestaande voorraad toe te voegen.
8 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024 'Verduurzaming wordt duurder' 'Per 2027 jaarlijks 100.000 woningen is haalbaar' ■ Het nieuwe kabinet wil vanaf 2027 structureel 100.000 woningen per jaar toevoegen aan de voorraad. Onderzoek van ABF Research toont dat dit haalbaar is, zelfs nu het woningtekort dit jaar verder stijgt naar bijna 5 procent. ABF Research schat dat het aantal huishoudens in de periode tot en met 2030 stijgt met 885.600 tot ongeveer 9,3 miljoen. In opdracht van het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening deed het bureau hier onderzoek naar. Het vorige kabinet wilde het woningtekort terug te brengen tot 2 procent van de totale woningvoorraad, veel minder dan het huidige tekort. Om dit doel alsnog te bereiken, zijn per direct 231.800 nieuwe woningen nodig, stellen de onderzoekers. Door betere economische omstandigheden, zoals de gestegen lonen en lagere hypotheekrentes, zal de woningbouw snel herstellen van de dip in dit jaar en 2025, verwachten de onderzoekers. Daarnaast is er voldoende plancapaciteit om de woningbouwopgave de komende jaren te realiseren. Volgens ABF Research zal de woningbouw flink herstellen in 2026. Vanaf 2027 komen er naar verwachting meer dan 100.000 woningen bij. ■ Het wordt volgens ABN AMRO duurder om een huis te verduurzamen. In een periode waarin de risico’s van klimaatverandering meer invloed op de waarde van woningen krijgen, bezuinigt het nieuwe kabinet op verduurzamingsmaatregelen. Dit stellen economen van de bank in de nieuwste Woningmarktmonitor. De woningmarkt ontwikkelt zich volgens ABN AMRO positief. De bank verhoogt de prognose voor het aantal transacties voor dit jaar naar 201.000, een plus van 10 procent ten opzichte van 2023. De gemiddelde prijs van een woning is nu 445.000 euro, volgens de bank ‘bijna een recordhoogte’. Daarmee is de prijsdaling van 2023 weer tenietgedaan. De economen verwachten dat de prijzen over geheel 2024 met 7,5 procent zullen stijgen. Voor 2025 wordt een verwachten ze een verdere groei van 5 procent. ACHTERBLIJVENDE NIEUWBOUW ZORGWEKKEND Somber is ABN AMRO over de verwachte nieuwbouw, vooral door een tekort aan bouwvakkers en veel bezwaarprocedures. Zij vinden de kabinetsplannen voor nieuwbouw ‘erg hoog gegrepen’. Een lichtpuntje noemen de economen dat er de laatste tijd weer meer bouwvergunningen zijn afgegeven. Zorgen uit de bank ook over het duurder worden van verduurzamingsmaatregelen. Door te bezuinigen op verschillende subsidies zullen particuliere huizenbezitters, maar bijvoorbeeld ook energieleveranciers minder snel investeren in verduurzaming. Zo wordt beknibbeld op de subsidies voor de uitrol van warmtenetten en op gemeentelijke subsidies om huizen met een slecht energielabel te verduurzamen. Stroomleverancier Vattenfall maakte onlangs bekend te stoppen met grootschalige warmtenetten voor bestaande bouw. Verder is de salderingsregeling voor zonnepanelen geschrapt. De bank toont zich over de hele linie kritisch op het nieuwe kabinet. Het hoofdlijnenakkoord bevat geen enkele maatregel die de klimaatdoelstellingen voor de gebouwde omgeving dichterbij helpt of woningen van het gas af helpt. Volgens de economen leest het coalitieakkoord ‘meer als een intentieverklaring dan als een concrete lijst met maatregelen’.
GERRALD HEIJNEN is directeur en belastingadviseur bij Alfa Accountants en Adviseurs in Barneveld Is een arbeidskracht werknemer of zelfstandige? Dit is niet altijd makkelijk te bepalen. Het kabinet wil dit met een nieuw wetsvoorstel vereenvoudigen. Daarnaast start de Belastingdienst de handhaving vanaf 2025 weer op. Het wetsvoorstel ‘Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden’ (VBAR) beoogt schijnzelfstandigheid te voorkomen en duidelijkheid te geven over de status van een arbeidskracht. Er is sprake van een werknemer als er een gezagsverhouding bestaat tussen werkgever en werknemer. Het wetsvoorstel geeft hiervoor een wettelijk toetsingskader dat bestaat uit de volgende criteria: Is er sprake van een werkinhoudelijke of organisatorische sturing met betrekking tot de arbeidskracht? Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheden tot het geven van instructies, controle en ingrijpen. Ook is van belang of de werkzaamheden worden uitgevoerd binnen het organisatorisch kader van de opdrachtgever. Daarnaast is relevant of er werknemers zijn die soortgelijke werkzaamheden verrichten. Verricht de arbeidskracht de arbeid voor eigen rekening en risico? Denk hierbij aan verantwoordelijkheid voor de hulpmiddelen (gereedschap, bestelbus, et cetera) die gebruikt worden. Regelt de arbeidskracht dit zelf of juist niet? Presenteert de arbeidskracht zich zelfstandig naar buiten of onder de naam van de opdrachtgever? Daarnaast introduceert het wetsvoorstel een rechtsvermoeden van werknemerschap bij een uurtarief van maximaal 33 euro. Dit helpt werkenden aan de basis van de arbeidsmarkt om eenvoudiger een arbeidsovereenkomst te claimen. De nieuwe regels moeten op 1 januari 2026 van kracht worden, al zijn er nog mogelijke aanpassingen. Vanaf 1 januari 2025 gaat de Belastingdienst actief controleren of zzp’ers niet eigenlijk werknemers zijn. Dit kan leiden tot naheffingen en financiële risico’s, vooral als loonheffingen en premies niet correct zijn afgedragen. De Belastingdienst zal in principe niet met terugwerkende kracht over de periode vóór 1 januari 2025 naheffingen opleggen. Voor organisaties die met zzp’ers werken, is het belangrijk om nu al actie te ondernemen en de eigen positie te evalueren. Zo kunnen risico’s op schijnzelfstandigheid worden vermeden en blijft de onderneming toekomstbestendig. Werknemer of zelfstandige? FISCALE TIPS 9 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG NIEUWS Gemeenten krijgen betere kijk op isolatieopgave ■ Dankzij een nieuwe dataset hebben gemeenten beter inzicht in welke woningen slecht geïsoleerd zijn. Door data van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en het Kadaster aan elkaar te koppelen, is een dataset ontstaan die snel overzicht biedt. Een eerste pilot met de nieuwe dataset in de gemeente Apeldoorn liet zien in welke wijken nog de grootste verduurzamingsopgave ligt. Van de 75.000 woningen in Apeldoorn heeft 63 procent een energielabel. Voor de woningen zonder label kunnen op basis van het bouwjaar wel aannames worden gedaan. Voor de pilot is gekeken naar vijf verschillende isolatiegebieden: het dak, de gevel, de vloer, de ramen in de leefruimten en in de slaapruimten. Op basis van de bestaande gegevens van de RVO en het Kadaster kon van meer dan 50.000 woningen informatie over alle vijf de niveaus vastgesteld worden. Uit die informatie blijkt dat woningen die op één van de isolatiegebieden goed scoren, dat vaak ook bij de andere vier doen. Als slechts één kenmerk goed scoort is dat meestal glas. Veel huiseigenaren kiezen er volgens RVO en het Kadaster voor om enkel isolatieglas te plaatsen. Ongeveer vijf procent van de woningen in Apeldoorn scoort slecht op alle gebieden. Het aandeel particuliere koopwoningen en woningen van woningcorporaties binnen deze groep is nagenoeg gelijk. OP WIJKNIVEAU De dataset, die voor elke andere gemeenten gemaakt kan worden, geeft de lokale overheid de mogelijkheid om gericht te onderzoeken. Bijvoorbeeld over welke wijken het slechts geïsoleerd zijn of welk type isolatie nog vaak tekortschiet. Volgens RVO kan de informatie die de nieuwe dataset oplevert voor gemeenten aanleiding zijn om het gesprek aan te gaan met bewoners van matig of slecht geïsoleerde woningen. Ook woningcorporaties kunnen de verduurzaming van hun woningvoorraad efficiënter aanpakken.
Tekst: Nico Dikstaal - Foto's: Kees Stuip 'Aannemers mogen best wat mondiger zijn bij aanbestedingen' Suzanne Brackmann, advocaat en oprichter van Brackmann, een advocatenkantoor gespecialiseerd in Aanbesteding, Bouw en Gebiedsontwikkeling, spreekt zich geregeld uit tegen ‘onnodig formalisme’ bij aanbestedingen, zoals afgelopen juni tijdens het laatste congres van Expertisecentrum Aanbesteden, PIANOo. “Waarom vragen naar allerhande certificaten? Laat die aannemer gewoon op een A4-tje omschrijven hoe hij de kwaliteit denkt te garanderen.’ 10 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024
ACHTERGROND CV Suzanne Brackmann is de oprichter (2004) van Brackmann, een advocatenkantoor gespecialiseerd in Aanbesteding, Bouw en Gebiedsontwikkeling. Zij is daar managing partner en senior advocaat. Brackmann is voorzitter van de commissie Aanbestedingen en inkoop van MKB Rotterdam Rijnmond en auteur van het Praktijkboek aanbesteden (“Dat wel aan een update toe is”). Zij is een veelgevraagd spreker op congressen, voorlichtingssessies en trainingen. Brackmann is daarnaast wedstrijdroeier en gediplomeerd KNRB-roei-instructeur. Natuurlijk moeten aanbestedingen aan bepaalde regels voldoen. En de inschrijvingen dus ook. Het gaat om publiek geld en meestal om werk waarvan de kwaliteit nogal belangrijk is: bruggen, scholen, viaducten, wegen, woningen en ga zo maar door. Daarom zijn er wettelijke regels voor aanbesteden, die moeten zorgen voor gelijke kansen, transparantie en doelmatigheid: de beste kwaliteit voor de beste prijs. “Maar daar omheen hebben aanbestedende partijen de nodige vrijheid. En dat ontaardt nogal eens in onnodig formalisme”, aldus Suzanne Brackmann, advocaat en oprichter van Brackmann, een advocatenkantoor gespecialiseerd in Aanbesteding, Bouw en Gebiedsontwikkeling, gevestigd in Rotterdam. “Dan worden er eisen gesteld aan lettertype, lettergrootte, regelafstand, het aantal pagina’s; daar wordt een aanbesteding niet beter van. En als je dan vraagt waarom ze dat zo doen, is het antwoord vaak: ‘Omdat we dat altijd zo gedaan hebben.” Een voorbeeld dat u alweer een tijd geleden gaf bij een presentatie, over het ontbrekende vinkje bij het vakje ‘onderaannemer’, is dat kenmerkend voor de pietluttigheid die u in de praktijk tegenkomt? “Ik weet niet of ik het pietluttigheid zou noemen, maar dit was wel een treffend voorbeeld van wat je tegen kunt komen. In dit geval zei ook de rechter dat dit te ver ging, dat het een voorbeeld was van onnodig formalisme, en daarom geen reden voor uitsluiting kon zijn, omdat uit de context overduidelijk bleek dat de inschrijvende partij een onderaannemer zou meenemen naar het werk.” Komen aannemers snel in verweer als ze denken onterecht uitgesloten te zijn bij een gunning? Ik kan mij voorstellen dat ze bang zijn dat het bij toekomstige aanbestedingen tegen ze kan werken. “Daar hoeven ze niet bang voor te zijn; de meeste aanbestedende diensten staan er zakelijk in. Het is niet: je komt er nooit meer in als je moeilijk doet. Het hoort er gewoon bij: meerdere partijen schrijven in en er kan er maar eentje de opdracht krijgen. En krijg je de opdracht niet en je hebt vragen over de gunningsbeslissing, stel die vooral. Dat staat een commerciële relatie heus niet in de weg.” “Laten we wel wezen: het gaat om fantastische opdrachten en om die binnen te halen moet je goed zijn in het spel. Je erin verdiepen: hoe maak je bijvoorbeeld zo’n plan van aanpak? En dan kun je de mooiste opdrachten binnenhengelen.” Maar mkb’ers hebben ook wel het gevoel dat er veel van ze wordt gevraagd. Of dat ze zelfs onheus worden bejegend. “Dat zal soms ook wel zo zijn. Bijvoorbeeld met die onnodige formaliteiten. En het ge11 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
beurt ook wel dat ze pas antwoord krijgen op vragen over de gunningsbeslissing als de bezwaartermijn al is verstreken. Dat is niet netjes natuurlijk.” “Maar je weet: voor deze opdrachten moet je inschrijven bij aanbestedingen. Dus zorg dat je de procedures kent en dat je basisdocumenten voor elkaar zijn. En je moet er lol in hebben, anders wordt het nooit wat.” Wanneer komt een aanbestedingsadvocaat doorgaans in beeld tijdens het aanbestedingsproces? “Bij opdrachtgevers het liefst in een zo vroeg mogelijk stadium, maar in de praktijk meestal pas als er problemen zijn. Bij bedrijven ook wel aan het begin: dan helpen we bij het stellen van vragen; over de procedures, over het bestek. Of over hoe het werkt als je in combinatie inschrijft. Vragen stellen; dat is cruciaal. En ook daarbij hoef je 12 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024
ACHTERGROND niet bang te zijn dat je als een zeur wordt gezien. De meeste aanbesteders zijn professioneel genoeg. Die zullen denken: Hé, dat hebben we kennelijk niet goed uitgevraagd.” Bedrijven komen ook vaak bij ons na de gunningsbeslissing: als ze het niet zijn geworden.” Wat zijn dan hun klachten? “Meestal zijn ze het niet eens met de scores die ze hebben gekregen op bepaalde onderdelen. Maar de argumentatie blijft eerlijk gezegd vaak steken bij: als we een acht hadden gekregen, hadden we de opdracht binnengehaald. Meer succesvol zijn argumenten die betrekking hebben op de procedure: de aanbestedende dienst interpreteert een eis of wens anders dan de inschrijver. Of argumenten die gericht zijn op de winnende partj: die heeft bijvoorbeeld de geëiste ervaring niet.” Houden de verliezers de winnaar ook wel in de gaten: doet 'ie wel wat hij heeft beloofd? Komt hij inderdaad met elektrische machines opdagen? Is het werkelijk in drie weken klaar? "Ja, dat gebeurt. Zeker als er met de nummer twee een zogenoemde wachtkamerovereenkomst is gesloten. Dat is overigens bij de realisatie van werken minder voor de hand liggend. Je ziet het veel bij onderhoudscontracten. Aanbestedende partijen doen daarnaast steeds meer aan contractmanagement. Die komen zelf ook wel kijken hoe het vordert en of er volgens afspraak wordt gewerkt. En ze houden de opdrachtnemer aan de overeenkomst.” Doen aanbestedende partijen voldoende om het mkb’ers niet te moeilijk te maken? “Bijna elke dienst of gemeente wil dat bedrijven uit de buurt het werk gaan uitvoeren: stimuleren van de lokale economie. Dat zijn doorgaans mkb’ers. Dus dan moet je opdrachten misschien opdelen en niet groter maken dan nodig. En geen onnodig formalisme! Daar hamer ik ook steeds op als voorzitter van de commissie Aanbestedingen en inkoop van MKB Rotterdam Rijnmond. Al die certificaten waar ze tegenwoordig om vragen, ISO-zus, ISO-zo, VCA, NEN; het is echt een wildgroei. Als ik dan vraag waarom dat nodig is, zeggen ze vaak: ‘dat stond in de vorige bestekken ook’. En dan gaat het bijvoorbeeld om een bestratingsopdracht. Ik zeg dan: laat die aannemer in gewone taal in een A4-tje uitleggen hoe hij de kwaliteit gaat bewaken. Dat lukt heus wel. Het gaat om bestrating, dat heeft dat bedrijf al duizend keer gedaan.” Wat kunnen mkb’ers zelf doen om vaker aan tafel te komen bij aanbestedingen? “Kijk er niet tegen op. Wees vooral ook kritisch, stel vragen over de opdracht. Gemeenten staan echt open voor suggesties uit de markt. De gemeente Rotterdam bijvoorbeeld, nodigt mkb’ers nadrukkelijk uit: doe mee!" "Heb je het nog nooit gedaan? Probeer een opdracht, als testcase. Om het proces te leren. Voor de lol. Als een spel: kijken hoe ver je komt. Het is toch als het in elkaar zetten van een Ikea-kast: de eerste keer is het een tijdrovend gedoe, maar je wordt er gaandeweg steeds beter in.” 'Heb je het nog nooit gedaan? Probeer een opdracht, als testcase. Als een spel: kijken hoever je komt' 13 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
Tekst: Hans Fuchs - Foto's: De Krom Groep 14 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024
PROJECT ELEKTRISCHE BESTRATINGSROBOT AAN DE GANG IN RUCPHEN 'We kunnen het ruggenbreekwerk automatiseren' Familiebedrijf De Krom Bestratingen werd in 1997 opgericht door stratenmaker Leo de Krom. In 2014 werden zijn zoons Johan en Martijn eigenaar van het bedrijf en verlegden de focus naar duurzaamheid, robotiseren en innovatie. In die geest participeerden de broers in Streetrobotics, het initiatief dat uitmondde in de ontwikkeling van een elektrische bestratingsrobot. De broers zijn daarnaast mede-eigenaar van een bedrijf dat duurzame voegmiddelen tegen onkruid inkoopt en verwerkt en van een bedrijf dat een papierloos administratiesysteem opzette voor aannemers en medewerkers in de buitenruimte. De Krom Groep heeft twee leerlingploegen met momenteel dertien leerlingen. Die worden opgeleid bij De Krom en zusterbedrijf Zijlstra Infra. De Krom geeft ook gastlessen op (basis)scholen en is actief op social media, waaronder TikTok. Inzet: de jeugd interesseren voor het vak van stratenmaker en grondwerker. In juni rondde mkb-bedrijf De Krom de reconstructie af van de Sint Martinusstraat in Rucphen – ondergronds en bovengronds. De Krom bracht een infiltratieriool aan dat de waterhuishouding verbetert en vernieuwde alle bestrating. Daarbij zette het bedrijf uit Etten-Leur de elektrische bestratingsrobot in die het in 2022 samen met DeJongCeba ontwikkelde. Johan De Krom: “Daarmee gaan we volgend jaar naar straatwerk-as-aservice.” Helemaal anders moest het worden, in de Sint Martinusstraat in Rucphen – op maaiveldniveau en eronder. De gemeente Rucphen liet tussen 2022 en juni 2024 gefaseerd zeshonderd meter van de straat aanpakken door De Krom uit Etten-Leur. Omwille van de verkeersveiligheid werd de lay-out van de hoofdstraat veranderd. De Krom voerde voor de gemeente onder andere de transformatie door naar een dertig kilometer zone, inclusief fietssuggestiestroken. De gemeente koppelde de verkeersmaatregelen aan de aanleg van duurzame waterhuishouding. De Sint Martinusstraat kreeg 550 meter infiltratieriool dat hemelwater infiltreert in de bodem en bij hevige regenval afvoert naar open water. De ondergrondse ingreep zorgt voor een betere omgang met hemelwater binnen de bebouwde kom van de Brabantse gemeente, vertelt directeur-eigenaar Johan de Krom van De Krom Groep: “De bestrating in de Sint Martinusstraat was aan vervanging toe en dat gold ook voor het riool. De gemeente greep de situatie aan voor een verkeersveilige herinrichting van de straat en koos in één adem ook voor een innovatieve waterhuishouding die wateroverlast in de toekomst moet voorkomen.” De Krom voerde het project in Rucphen uit met zusterbedrijf Zijlstra Infra uit Giessen. De Krom: “Zodoende konden we het project integraal uitvoeren, op en onder maaiveld.” EXTRA MAAT, VEEL CAPACITEIT De Krom legde in Rucphen een nieuw rioolstelsel voor het vuilwater aan en een apart 15 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
hemelwaterstelsel met een it-buis. Johan de Krom: “Voorheen lag onder de Sint Martinusstraat een enkele buis en stroomde het vuil- en hemelwater linea recta naar de afvalwaterzuivering. Nu worden deze twee stromen gescheiden opgevangen. De infiltratierioolbuis zorgt dat regenwater de grond in gaat en de bodem infiltreert. Dat is wat we met z’n allen willen; het water vasthouden en terug de bodem in. Zeker in een stenige omgeving en bij een zandbodem als in Rucphen.” De infiltratiebuis heeft een diameter van 800 millimeter in plaats van een gangbare 300 of 400 voor een rioolbuis. De Krom: “Die extra maat zorgt voor veel capaciteit.” Boven de infiltratiebuis plaatste De Krom een drainagekoffer van drainagezand met een ronde korrel. In de bestrating is de waterbergende functie onder andere herkenbaar in de waterpasserende bestrating in de parkeervakken. Voor de boomvakken gebruikte 'Voorheen stroomde het vuil- en hemelwater rechtstreeks naar de waterzuivering' 16 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2023
PROJECT De Krom boomgranulaat dat ervoor zorgt dat de wortels hun zuurstof halen uit de grond en er geen wortelopdruk ontstaat. ELEKTRISCHE BESTRATINGSROBOT Bij het vernieuwen van de rijbaanbestrating werd in Rucphen deels gebruik gemaakt van de elektrische bestratingsrobot die De Krom ontwikkelde met GWW-aannemer DeJongCeba. Johan de Krom: “Robots ontwikkelen is niet onze corebusiness. Maar we komen in onze sector handjes tekort. Met de straatrobot kunnen we het ruggenbreekwerk volledig automatiseren en neemt de dagelijkse productie per persoon exponentieel toe. Met één operator op de machine verwerken we in zeven dagen tijd dezelfde aantallen stenen als met vier weken machinaal bestraten. En we scheppen er voor de ‘generatie playstation’ een hippe baan in de bouw mee.” Met de bestratingsrobot kan De Krom elektrisch en volautomatisch stenen leggen. Rupsbanden maken de machine mobiel, stempels verzorgen de stabiliteit tijdens het leggen. Dankzij een visionscanner ziet de robot waar de stenen gelegd moeten worden, vertelt De Krom: “Vergelijk het met een robotmaaier voor het gazon in je tuin. De scanner leest continue de straat uit, van straatband tot straatband, inclusief hoogteverschillen en oneffenheden.” De Krom onderstreept: “Het ambachtswerk blijft, ook bij de inzet van deze machine. Zoals de timmerman in de bouw altijd nodig zal zijn, is de stratenmaker onmisbaar voor onderdelen van het vak die je met de straatrobot niet kunt uitvoeren en ook met halfautomatisch bestraten niet voor elkaar krijgt. Dat zijn de klussen waar het aankomt op het stelwerk van banden en goten of het ambachtelijk aanbrengen van gebakken stenen of natuursteen.” LANDELIJKE LEGSERVICE De Krom zet de bestratingsrobot sinds 2023 af en aan op eigen projecten in. Johan de Krom: “We toetsen de machine in de praktijk, zoveel mogelijk en bij al onze projecten – ook in Rucphen.” Momenteel werkt het mkb-bedrijf uit Etten-Leur aan laatste upgrades en aanpassingen: “Dan moet je onder meer denken aan het implementeren van nieuwe slimme software waarmee we de robot nog beter leren situaties te herkennen. Of aan het monteren van een betere scanner; de vorige scanner bleek bij het lezen van de straat hinder te hebben van het zonlicht. Het prototype uit 2023 is ook slanker en lichter gemaakt. We hadden die eerste versie welbewust overgedimensioneerd. De eindversie is slanker en lichter. En slijtage-onderdelen worden modulair gemaakt. We willen niet dat ze vastgelast of gebout zijn, maar met een penverbinding snel verwisseld kunnen worden. Dat heeft alles te maken met de introductie in 2025 van Streetrobotics als straatwerk-as-a-service, een landelijke legservice met de bestratingsrobot als dienstverlening. We voeren nu gesprekken met aannemers en positioneren de dienst strategisch in Nederland.” CO2-neutraal in 2030 De Krom Groep zet sinds 2017 stap voor stap de bedrijfsvoering om naar volledig CO2-neutraal. Over zes jaar moet dat een feit zijn, meldt Johan de Krom: “Met SEB en ZES gaan we in de sector allemaal langzaamaan naar een manier van werken die emmissievrij en schoon is. Wij zijn met die omschakeling uit eigen beweging al enige jaren bezig. Dat ligt overigens niet in onze hand alleen. Opdrachtgevers die lokaal en regionaal aanbesteden dragen ook bij aan CO2-neutraal werken. Daar krijg je als opdrachtgever uitvoerende partijen voor terug die gebiedskennis hebben, die weten wat er speelt en bijvoorbeeld goed begrijpen hoe belangrijk het is dat de lokale supermarkt in een kleine gemeente bereikbaar blijft voor bewoners en mensen uit het buitengebied.” De Krom Groep heeft negentien elektrische voertuigen – bussen, auto’s voor de uitvoerders en mini-shovels – en werkt met elektrisch handgereedschap. De bestratingsrobot: ook elektrisch. De Krom: “We realiseren op twee van onze drie bedrijfslocaties een hub voor het laden van onze elektrisch aangedreven auto’s, materiaal en materieel, en we werken met batterij-aanhangers die we naar onze werklocaties kunnen transporteren. Die mobiele laadpunten hebben we laten maken door een gespecialiseerd bedrijf.” Op de drie bedrijfslocaties van De Krom Groep (Etten-Leur, Eindhoven en Giessen) liggen 310 PV-panelen op de daken. En: De Krom Groep kocht kortgeleden in het buitengebied van Etten-Leur een bos aan van elfduizend vierkante meter. Johan de Krom: “Dat zetten we in voor onze CO2-compensatie.” Bestratingsrobot in actie met rechts Johan en Martijn de Krom. Fotografie: De Krom Groep 17 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
Tekst: Hans Fuchs - Foto's: Kees Stuip, tenzij anders vermeld HOOGHEEMRAADSCHAP HOLLANDS NOORDERKWARTIER WIL GWW-SECTOR MEER WERK GEVEN 'Ik verwacht dat we nog meer gaan leunen op het mkb' In 2023 werd het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier genomineerd voor de MKB INFRA Award. De tweejaarlijkse prijs wil overheden en semioverheden aanzetten om het mkb in de gww-sector betere kansen op opdrachten te geven. Johan Arends, senior inkoopadviseur van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier licht toe hoe het waterschap dat doet. Foto: Johan Arends Met de Award stimuleert MKB INFRA goed opdrachtgeverschap voor kleine en middelgrote mkb-bedrijven in de infrasector. Waarom werden jullie genomineerd? “Onze nominatie was een grote verrassing. Opdrachtgevers moeten worden voorgedragen door mkb-infra-ondernemers zelf. Een van de aannemers waar we als waterschap veel zaken mee doen deed dat. Bij de uitreiking was hij vol lof over de manier waarop wij opdrachten in de markt zetten. En over de kennis en betrokkenheid bij de medewerkers van het waterschap. Bij ons is het niet ‘Zoek het maar uit’; wij voeren veel overleg met mkb-bedrijven die voor ons opdrachten uitvoeren. Die betrokkenheid maakt een verschil. Het helpt aannemers enorm bij hun werk. Die betrokkenheid van onze mensen zit in de aard van de organisatie. Werken in een overheidsorganisatie betekent dat je gevoel hebt voor het maatschappelijk belang. Onze kerntaken zijn zorgen voor waterveiligheid, voldoende water, schoon water en ingrijpen bij calamiteiten en crises. Het werk van de waterschappen gaat over klimaatverandering, klimaatadaptatie, waterveiligheid. Wat wij doen is ook heel zichtbaar en tastbaar in het gebied waar we over gaan – ons werkgebied loopt van het Noordzeekanaal tot de kop van Noord-Holland, inclusief Texel. Daar versterken we dijken, baggeren waterlopen, onderhouden wegen en vaarwegen, doen aan groenonderhoud, zuiveren het rioolwater, et cetera.” Voor die kerntaken doen jullie bewust een beroep op lokale en regionale mkbbedrijven. Waarom die uitgesproken oriëntatie op het mkb in jullie eigen werkgebied? En hoe geef je dat vorm in de aanbesteding? “Bij aanbestedingen zijn we gehouden aan de wet- en regelgeving. Ongeveer tachtig procent van de aanbestedingen gaan onderhands (meervoudig en enkelvoudig), het restant wordt Europees aanbesteed. De grotere GWW-projecten vallen hier onder, zoals bijvoorbeeld de nu lopende aanpak van de versterking van de Markermeerdijken.” “In de regel werken we met raamcontracten met een looptijd van vier tot vijf jaar. Om opdrachten aantrekkelijk en toegankelijk te maken voor lokale loon- en aanneembedrijven worden ze in (gebieds)percelen verdeeld, daarmee hoeft er niet op de hele opdracht ingeschreven te worden." "Zo zorgen we voor die oriëntatie op lokale en regionale mkb-bedrijven. We investeren daarmee in de lokale economie, zorgen voor een gezonde bedrijfskolom en gaan op een zorgvuldige manier om met belastinggeld. Bij onderhandse aanbestedingen vissen we niet altijd in dezelfde vijver; we schakelen niet steeds dezelfde aannemers in. Om het 18 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024
OPDRACHTGEVER ons-kent-ons voor te zijn, kijken we zakelijk naar de markt en geven ook nieuwe aannemers de ruimte.” In 2017 verscheen het visiedocument “De waterschapsmarkt van de toekomst”, waarin de waterschappen zochten naar manieren om de relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer te verbeteren. Was dat nodig? “Het visiedocument ontstond destijds vanuit de behoefte om de markt te laten zien dat we anders dan vroeger omgaan met opdrachten. Meer op partnerschap gericht, naar een relatie waar waterschap en mkb beide profijt van hebben. In het visiedocument voerden we de Alliantie Markeermeerdijken – geen mkb-project – op als inspiratieproject. We waren destijds het eerste waterschap dat een echte en volledige alliantie aanging met de markt, waarbij we ontwerp en bouw in één keer in de markt hebben gezet. Dat was een breuk met de manier waarop we voorheen werkten; met een gedetailleerd en voorgeschreven bestek en gunnen op de laagste prijs.” Is die nieuwe manier van werken bij de Markermeerdijken doorgesijpeld naar opdrachten voor het mkb? “Ja. Wat we leerden bij de Markeermeerdijken was; de mensen maken het verschil, de chemie is belangrijk. En: durf los te laten, geef vertrouwen aan externe experts. Die nieuwe manier van werken is inmiddels in de wetgeving vastgelegd. Het draait niet meer alleen om de laagste prijs, maar ook om kwaliteit en maatschappelijke waarde, om duurzaamheid.” Hoe geven jullie in je uitvragen vorm aan die duurzaamheid? “In oktober vorig jaar hebben de waterschappen met tal van andere partijen het Convenant Schoon en Emissieloos Bouwen (SEB) ondertekend. In 2030 moet er schoon en emissieloos worden gebouwd en vrijwel al het rijdend en varend materieel emissievrij zijn. Dat zetten wij ook zo in onze uitvragen naar het mkb. Wij hebben in het convenant gekozen voor het Basisniveau. En vragen om een stapje erbovenop, als je dat als mkb’er nu al kan. Als vraag, niet als eis.” Het mkb heeft wel wat kanttekeningen bij het SEB-convenant: het hoge tempo van de overstap naar elektrisch werken, de beschikbaarheid en de hogere kosten van elektrisch materiaal en materieel, de problemen met opladen, maar ook de rol van opdrachtgevers. Hoe gaan jullie daar mee om? “Op een recente regiobijeenkomst van Cumula gaven wij een presentatie over de Inspiratieproject Met de Alliantie Markermeerdijken pakt het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier de versterking aan van 33 kilometer dijk tussen Durgerdam en Hoorn. Het project is onderdeel van het landelijk Hoogwaterbeschermingsprogramma HWBP-2. Het hoogheemraadschap ging met de Markermeerdijken als eerste overheid een alliantie in de natte waterbouw aan tussen een publieke partij en een consortium van private marktpartijen. Inzet van deze nieuwe samenwerkingsvorm: het gelijkschakelen van belangen van omgeving en project. Met een gemeenschappelijk doel (een veilige dijk), een gezamenlijke inbreng van kapitaal, arbeid, personeel en kennis en een horizontale relatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. 19 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
OPDRACHTGEVER Routekaart uit het SEB, voor de loon- en aannemersbedrijven waar wij onze opdrachten aan verstrekken. Er kwam ontzettend veel respons uit de zaal. Als graafwerk elektrisch moet vergt dat enorme investeringen – een elektrische graafmachine is drie keer duurder dan een dieselaangedreven machine. Men wil wel de zekerheid dat die investering wordt terugverdiend. Het is aan ons als opdrachtgever om daar consequent en consistent mee om te gaan. Het SEB-convenant kent een groeipad. Zwaardere machines mogen nog op diesel draaien – het elektrische aanbod is summier. Maar kleiner en lichter materieel en handgereedschap, dat kan wel elektrisch. Met als kanttekening; het opladen is inderdaad een uitdaging. Tegelijkertijd: beste mensen, jullie hebben het convenant ook ondertekend! Dit is een opgave die we in gezamenlijkheid moeten aangaan.” Hoe ziet het hoogheemraadschap de samenwerking met het mkb in de toekomst? “Ik verwacht dat we in de toekomst nog nadrukkelijker gaan leunen op het mkb. De opgaven waar we voor staan zijn duidelijk; klimaatadaptatie, waterveiligheid, de bescherming tegen wateroverlast en watertekort, het borgen van veilige wegen en vaarwegen en zorgen voor schoon en gezond oppervlaktewater. Maar we zullen waarschijnlijk te maken gaan krijgen met stijgende kosten. Dat zagen we de afgelopen jaren al; ramingen van projecten staan een jaar later op losse schroeven. Met een nieuwe rol van het mkb kunnen we ook in de toekomst gezamenlijk werken aan de grote maatschappelijke duurzaamheidsopgaven die we voor ons hebben. De innovatieve projecten zitten nu meer bij de grote aannemers. Denk aan de Markermeerdijken. Maar de grotere partijen zijn toch wat logger en trager als het om innovaties gaat. De duurzaamheidsuitdagingen zijn bij uitstek een terrein dat het mkb kan oppakken. Dan hebben we het onder meer over het programma VBK, het verbeteren van de boezemkades, onze regionale waterkeringen. Dat is een omvangrijk programma. Daar en op andere terreinen kunnen de mkb bedrijven in de infrasector laten zien dat ze zich snel kunnen aanpassen en innovatief zijn.” Om opdrachten aantrekkelijk en toegankelijk te maken voor lokale loon- en aanneembedrijven worden ze in (gebieds)percelen verdeeld. 'Grotere partijen zijn toch wat logger en trager als het om innovaties gaat' 20 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024
COLUMN MR. J (JOOST) HAEST is advocaat/partner bij Severijn Hulshof Advocaten in Den Haag. Zijn vakgebieden: Bouwrecht, Aanbestedingsrecht en Vastgoed. Aanvullende werkzaamheden bij een RAW raamovereenkomst Wij krijgen de laatste tijd veel vragen van aannemers over hoe om te gaan met aanvullende werkzaamheden bij een RAW raamovereenkomst (vroeger OMOP). Met aanvullende werkzaamheden bedoel ik dan werkzaamheden die niet zijn benoemd in de raamovereenkomst maar die de opdrachtgever wel wil laten uitvoeren in een deelopdracht. Het uitgangspunt is – logischerwijs – dat de opdrachtgever de mogelijkheid heeft om aan een te verstrekken deelopdracht aanvullende werkzaamheden toe te voegen. Dat is bepaald in artikel 01.21.06 lid 01 RAW. Als gekeken wordt naar de Standaard RAW bepalingen zijn er feitelijk drie smaken: 1. Er worden voor de aanvullende werkzaamheden besteksposten opgenomen in de te verstrekken deelopdracht welke besteksposten tevens onderdeel worden van de raamovereenkomst zodat deze posten ook bij toekomstige deelopdrachten weer kunnen gebruikt. Deze optie staat beschreven in artikel 01.21.06 lid 02 RAW. De aannemer en de opdrachtgever dienen de prijzen per eenheid voor de aanvullende werkzaamheden overeen te komen. En ten aanzien van die overeen te komen prijzen per eenheid zijn dan de percentages UK, AK en W&R uit de inschrijvingsstaat van toepassing. 2. De in de te verstrekken deelopdracht op te nemen besteksposten voor de aanvullende werkzaamheden worden géén onderdeel van de raamovereenkomst waardoor deze posten niet kunnen worden gebruikt bij volgende deelopdrachten. Deze optie is opgenomen in artikel 01.21.06 lid 03 RAW. Ook in dit geval moeten de prijzen per eenheid voor de aanvullende werkzaamheden overeen gekomen worden, maar de percentages UK, AK en W&R uit de inschrijvingsstaat zijn in dit geval niet van toepassing. Die percentages dienen dan ook separaat overeengekomen te worden. 3. Tijdens een reeds opgedragen deelopdracht komen er alsnog aanvullende werkzaamheden naar voren die opdrachtgever wil laten uitvoeren, maar die bij het verstrekken van de deelopdracht niet zijn benoemd. Er zijn voor deze aanvullende werkzaamheden dus ook geen besteksposten toegevoegd aan de deelopdracht. Het betreft hier een klassieke bestekswijziging conform paragraaf 36 van de toepasselijke UAV. Bestekswijzigingen worden op grond van paragraaf 36 lid 4 UAV verrekend tegen prijzen per eenheid die tussen de aannemer en opdrachtgever overeen worden gekomen. Bij een bestekswijziging heeft de aannemer tevens recht op een vergoeding voor UK, AK en W&R. Omdat in paragraaf 36 UAV niets is bepaald over de staartkosten dienen partijen de omvang van die staartkosten ook overeen te komen. Conclusie: als er bij raamovereenkomsten sprake is van aanvullende werkzaamheden dan is van belang om vast te stellen in welke van de drie bovenstaande categorieën de werkzaamheden vallen zodat de (financiële) consequenties kunnen worden bepaald. Volg BouwBelang ook digitaal Lees vier keer per jaar het vakblad en kom in de tussentijd naar bouwbelang.com voor nieuws, reacties, achtergronden en updates in actuele dossiers die nu spelen in de sector. Ook Gazet, arbeidszakenkrant voor de gespecialiseerde aannemer, is terug te vinden op bouwbelang.com NIEUWSBRIEF Naast de website heeft BouwBelang een maandelijkse nieuwsbrief. De nieuwsbrief wordt elke laatste vrijdag van de maand verstuurd. Ga naar bouwbelang.com/nieuwsbrief en meld u gratis aan of scan de QR-code. KIJK OP WWW.BOUWBELANG.COM SCHRIJF U OOK IN VOOR DE NIEUWSBRIEF! 21 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG
Rook Bouw uit Vollenhove bouwde twee betonnen stralingsbunkers voor de afdeling radiotherapie van het Zwolse Isala Ziekenhuis. Voor directeur Jacko Rook was het een uitgelezen kans om zijn eigen kennis als constructeur in te zetten. “Het is jammer dat je betonwerk bij oplevering vaak niet meer ziet, want het is enorm uitdagend.” Rook Bouw bouwde in 2021 ook al een bunker op het terrein van het Zwolse ziekenhuis voor een zogeheten Gamma Knife. Een innovatief bestralingsapparaat voor de behandeling van hersentumoren . “Het Isala Ziekenhuis is een van de drie ziekenhuizen in Nederland met zo’n apparaat. De bunker die we daarvoor gebouwd hebben, heeft betonnen wanden van 50 centimeter dik. Die wanden moeten de omgeving beschermen tegen de hoogenergetische straling die vrijkomt bij bestralingsbehandelingen. Het ontwerp en de constructie van die eerste bunker was relatief eenvoudig vergeleken met de constructie van de twee nieuwe bunkers”, zegt Jacko Rook. Alledrie de bunkers maakte Rook Bouw in opdracht van BAM Bouw & Techniek in Apeldoorn. “Een relatie die is ontstaan hier in Vollenhove. Een prettige samenwerking op basis van persoonlijk contact en respect voor elkaars rol en kwaliteiten.” NIEUWSTE VAN HET NIEUWSTE Met de twee nieuwe bunkers wil het Zwolse ziekenhuis zich voorbereiden op de komst van nieuwe generaties bestralingsapparaten. “In de eerste nieuwe bunker komt een MR-Linac (Magnetic Resonance Linear Accelerator). Dit is een combinatie van een MRI-scanner en een bestralingsapparaat (lineaire versneller), het nieuwste van het nieuwste.” De MRI-scanner maakt gedetailleerde beelden waarop het bij de patiënt te bestralen gebied goed zichtbaar is, ook tijdens de bestralingsbehandeling. De samenvoeging van beide functies maakt het mogelijk de bestraling nog nauwkeuriger uit te voeren. Rook: “In de toekomst kan in de tweede bunker zo’n zelfde apparaat geplaatst worden, maar ook op komende generaties bestralingsapparaten is de bunker voorbereid. Mede daarom is ook gekozen voor een flexibel ontwerp van de bunkers.” WAPENING TEGEN STRALINGSLEKKAGE Om te zorgen voor voldoende bescherming tegen de straling in de bunkers zijn in beide bunkers de vloeren (tot 1,5 meter dik) en ROOK BOUW ONTWIKKELT DEELS MODULAIRE STRALINGSBUNKERS 'Dagelijks plezier van eigen kennis als constructeur' Tekst: Geert Hilferink - Foto's: Kees Stuip - Projectbeeld: Rook Bouw Jacko Rook; dagelijks plezier van zijn kennis als constructeur en spart graag met de opdrachtgever. 22 BOUWBELANG | NUMMER 3 - 2024
www.bouwbelang.comRkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=