7 NUMMER 3 - 2024 | BOUWBELANG Woningtekort: EIB verwacht het meest van optoppen Met het splitsen, optoppen en transformeren van bestaande woningen en gebouwen kunnen tot en met 2030 zo’n 100.000 tot 120.000 woningen worden opgeleverd. Dat is meer dan de huidige aantallen die worden gerealiseerd. Met name bij het optoppen liggen kansen, omdat dat nu nog weinig gebeurt. Dat blijkt uit onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouw in opdracht van milieuorganisatie Natuur & Milieu. Verruiming van gemeentelijke regels en subsidies kunnen het potentieel mogelijk nog met 25.000 tot 37.000 woningen verhogen. “Naast nieuwbouw biedt ook de bestaande bouw volop mogelijkheden om meer woningen te realiseren. Met slim beleid kunnen er op korte termijn heel wat woningzoekenden blij worden gemaakt”, aldus Marjolein Demmers, directeur van Natuur & Milieu bij de presentatie van het rapport. Het EIB heeft drie manieren van verbouwen onderzocht die tot meer woningen kunnen leiden. Het splitsen van bestaande woningen in meerdere zelfstandige woningen, het toevoegen van één of meerdere woonlagen aan een appartementengebouw (optoppen) en het transformeren van bestaande kantoor- of winkelgebouwen. De onderzoekers concluderen dat zonder aanvullende ondersteuning van het Rijk of gemeenten tot en met 2030 in het meest gunstige geval 100.000 tot 120.000 woningen kunnen worden opgeleverd. De grootste toename wordt verwacht door het optoppen van woningen. Dit levert nu enkele honderden woningen per jaar op, maar dat kan oplopen tot 3.000 woningen per jaar. Met aanvullende steun van het Rijk en lokale overheden kan het aantal woningen mogelijk met 25 procent worden vergroot. In totaal gaat het dan tot en met 2030 om 127.000 tot 158.000 nieuwe woningen. Dit is 16 procent van de totale woningbouwopgave van bijna een miljoen woningen die het kabinet zichzelf heeft gesteld. BELEMMERINGEN WEGNEMEN Om die aantallen te halen, kunnen het Rijk en gemeenten belemmeringen wegnemen. Bijvoorbeeld door de kosten te verlagen. Dan gaat het om subsidies, het verlagen van bouwleges of de overdrachtsbelasting. Aan de andere kant kunnen gemeenten kritisch kijken naar de restricties die zij opleggen aan het benutten van de bestaande bouw. Dit zou naar schatting jaarlijks 2.500 tot 3.100 extra woningen kunnen opleveren. Nu gelden er bijvoorbeeld binnen een hele gemeente vaak dezelfde regels en wordt woningsplitsen ontmoedigd. Het zou passender zou zijn om per wijk te kijken wat de mogelijkheden zijn en daar de regels op aan te passen, aldus het EIB. PLUSSEN EN MINNEN VAN VERBOUWEN Ten opzichte van nieuwbouw biedt verbouwen meerdere voordelen. Zo is de doorlooptijd tot de oplevering korter. Met name bij splitsen is veel minder arbeidsinzet nodig dan bij een gemiddelde nieuwbouwwoning. Voor verbouwen is bovendien geen extra grond nodig, terwijl dit bij nieuwbouw wel nodig is. Ook is het materiaalgebruik veel lager dan bij nieuwbouw, waardoor de gemiddelde CO2-uitstoot per m2 door materiaalproductie 85 tot 50 procent lager is. Aan verbouw zijn ook nadelen verbonden, zo stellen de onderzoekers. De bouwwerkzaamheden en de intensievere bewoning van de woningen leveren extra hinder op voor bewoners en omwonenden. Daarnaast vermindert splitsen het aanbod van grote woningen, wat tot minder doorstroming op de woningmarkt leidt. Het is dan raadzaam daar in nieuwbouwprojecten rekening mee te houden. ‘EENZIJDIGE FOCUS OP NIEUWBOUW’ Natuur & Milieu wil dat in het woningmarktbeleid meer aandacht komt voor verbouwen. Demmers: “Dit onderzoek laat zien dat een te eenzijdige focus van de overheid op nieuwbouw ongelofelijk zonde is. Je ziet dat de problemen die nu spelen bij nieuwbouw zoals het tekort aan materialen en personeel en het gebrek aan grond minder spelen bij het verbouwen van bestaande gebouwen. En het belangrijkste: meer mensen krijgen weer zicht op een primaire levensbehoefte, een eigen onderdak." Optoppen is volgens onderzoek van het EIB een kansrijke manier om snel meer woningen aan de bestaande voorraad toe te voegen.
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=