BouwBelang 2 - 2022

GOVERNANCE CODE VEILIGHEID IN DE BOUWKOMT MET STAPPENPLAN VEILIGHEID Dezelfde taal spreken Verleden jaar is er beleid ontwikkeld dat het aanrijdgevaar moet verminderen. Rijkswaterstaat en andere partijen in de zogeheten Governance Code Veiligheid in de Bouw (GCVB) hebben het voortouw genomen. Via de website van GCVB worden middelen vrijelijk aan iedereen ter beschikking gesteld. Inmiddels heeft de organisatie enkele slagen gemaakt en zijn ambassadeurs aangezocht om het beleid uit te rollen. De initiatiefnemers zijn pas tevreden als de gehele keten ermee aan de slag gaat; van opdrachtgever (RWS, RVB, Prorail, provincies, gemeenten en waterschappen) tot alle aannemers met hun ketenpartners. Bedrijven die zich willen aansluiten kunnen zich melden via onderstaande website. Uiteindelijk is het de bedoeling dat iedereen die te maken heeft met aanrijdrisico’s bij wegwerkzaamheden en op de bouwplaats, dezelfde taal gaat spreken. Een stappenplan is hierbij een hulpmiddel. Meer informatie zie: www.reductieaanrijdgevaar.nl MINDER AANRIJDINGEN OP WERKLOCATIE ■ Medewerkers van ondernemingen in de uitvoerende bouw en infra lopen dagelijks het risico aangereden te worden. Op bouwplaatsen en binnen werkvakken bij wegwerkzaamheden. Elk jaar is er een trieste balans op te maken van ongelukken, soms met dodelijke afloop. Ook zijn er vele bijna ongelukken. Onderzoek van TNO heeft aangetoond dat één op de tien wegwerkers per jaar een bijna-ongeval ervaring heeft. Het onderzoek is al wat ouder maar heeft niets aan zeggingskracht ingeboet. De meeste aanrijdingen gebeuren nog altijd door vervoersbewegingen van collega’s. Uit hetzelfde onderzoek van TNO blijkt dat het risico op een aanrijding met dodelijke afloop voor een wegwerker groter is dan de kans op een ongeval in de b&u-sector. Zij geven aan dat ze bijna dagelijks moeten springen voor hun leven. Logisch dat wegwerkers zich vaak onveilig voelen tijdens het uitvoeren van hun werkzaamheden. ONDER DRUK TOENAME ONVEILIGHEID Het risico voor wegwerkers blijkt ondanks veiligheidsmaatregelen de afgelopen vijf jaren zelfs toegenomen. Door toenemende drukte – behalve dan tijdens de lockdown periodes – wordt er vanuit opdrachtgevers vaker gevraagd om ’s nachts en in de weekenden te werken. Hierbij worden wegen (gedeeltelijk) opengehouden voor het verkeer. Dit, in combinatie met boeteclausules bij vertraging, leidt tot een spagaat voor de uitvoerende partijen met aan de ene kant de financiële en commerciële belangen en aan de andere kant de kwaliteit van de werkzaamheden en de veiligheid en gezondheid van de medewerkers. Het is in deze context dat er beslissingen worden genomen die mogelijk tot onveiligheid leiden, ook al doen we ons uiterste best veiligheid op één te zetten. ONTERECHT EENZIJDIG BIJ WERKGEVER De Arbeidsomstandighedenwet (art 3) legt de verantwoordelijkheid voor een veilige werkomgeving eenzijdig neer bij de werkgever. Terwijl er vele factoren zijn die van invloed zijn op de omvang van het risico waarop werkgevers geen grip hebben. Hoe zorgen we er dan toch voor dat we maximaal inzetten op risicovermindering? De GVCB wil naast alle wet- en regelgeving duidelijke kernwaarden en kaders scheppen om veiligheid structureel te verbeteren. Door bijvoorbeeld de werkwijzen te harmoniseren en uniforme instrumenten te ontwikkelen. Hierbij wordt de gehele keten betrokken. Ten slotte kunnen opdrachtgevers het verschil maken. Door bijvoorbeeld in contracten voorwaarden op te nemen die de veiligheid op een positieve manier beïnvloeden. GAZET | NUMMER 2 - 2022 42

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=