BouwBelang 2 - 2022

INTERVIEW kommen realiseren. De rest buitenstedelijk en daar heb je ongeveer 1,2 procent van de agrarische grond voor nodig. Macro gezien is het allemaal peanuts. Het coalitieakkoord zegt kort door de bocht: wijs gebieden aan en bouw woningen. Voeg wijken toe aan de randen van steden en in de buurt van bestaande infrastructuur. We kennen allemaal wel die stations in de middle of nowhere. Je vraagt je dan af, waar zijn de huizen. Daar kun je gewoon direct aan de slag. De boodschap aan provincies is helder: zorg dat die ruimte er komt. En aan gemeenten: bouw woningen. De minister neemt de regierol op zich. Hij mag knopen doorhakken over gebieden waarover al jarenlange gediscussieerd wordt. De stroperigheid moet eruit gehaald worden.” LUISTER NAAR ADVIES DELTACOMMISSARIS Veel van de voorgenomen bouwplannen bevinden zich in de lage delen van Nederland, op slappe bodem of in klimaatgevoelige gebieden. Dat is wel een punt van zorg, vindt Pieter. “De minister zou er verstandig aan doen goed naar de adviezen van de deltacommissaris te luisteren (zie ook: pag 10, BouwBelang 1 2022, interview met deltacommissaris Peter Glas). Dat kan in de toekomst veel ellende voorkomen als we door de opwarming van de aarde meer moeite moeten doen om droge voeten te houden. Ook om die reden is het verstandig het oog oostwaarts te richten naar bijvoorbeeld knooppunt Arnhem-Nijmegen, Food Valley (Wageningen, Ede en Veenendaal) en de regio’s Zwolle, Twente en Oost-Brabant. In al die gebieden is nog veel ruimte onbenut.” DRAAGKRACHT PER PORTIEK Ten slotte wil Pieter – geheel in lijn met de CU-visie op de samenleving – nog wat kwijt over hoe je bouwbeleid kunt inzetten tegen segregatie in de grote steden. “We moeten veel meer kijken dan we nu doen naar de samenstelling van de wijken in met name de grote steden. Zorg voor een goede gedifferentieerde mix qua prijsklasse en qua koop en huur. Het is nu zo dat er in bepaalde wijken wel heel veel maatschappelijke problematiek samenkomt: pas gescheiden mensen, drugs- of drankverslaafden, psychiatrisch patiënten, mensen die tot voor kort nog dakloos waren en asielzoekers. We moeten oog blijven houden voor de draagkracht per portiek en er door gericht bouwbeleid voor zorgen dat daar ook mensen tussenwonen die stabiel in het leven staan en een vaste baan hebben. In dit verband vind ik overigens dat woningcorporaties wel wat assertiever mogen zijn in het toewijzen van woningen. Maar dit terzijde.” en transformatie zal afvlakken. Maar tegen die tijd zal de productie van reguliere woningen wel op stoom gekomen zijn. Althans dat hoop ik. Op dit moment zie ik daar overigens nog weinig tekenen van. Ik heb onlangs nog gebeld met enkele producenten van prefabwoningen en die melden dat ze nog veel capaciteitruimte hebben. Die flexwoningen vind ik echt een dingetje. We hebben daarvoor zo’n prachtige regeling opgetuigd en tot op heden wordt daar maar zeer beperkt gebruik van gemaakt. Ik ben zeven jaar raadslid geweest in Den Haag en op grond van die ervaring meen ik, dat de wethouders wel wat daadkrachtiger mogen worden. Pak eens de fiets en tel voor de aardigheid eens de veldjes en braakliggende terreintjes waar je gemakkelijk een flexwoning op kwijt kunt. En dat geldt voor elke willekeurige Nederlandse stad. In Den Haag zou dat bijvoorbeeld een oplossing kunnen zijn voor capaciteitsproblemen bij de opvanglocaties voor daklozen. Die lopen vol terwijl de doorstroom naar sociale huur stokt. Ook voor de snelle opvang van oorlogsvluchtelingen zou de flexwoning uitkomst kunnen bieden. Die woningen staan er hooguit tien tot vijftien jaar. Intussen kun je voor deze en andere bouwlocaties plannen ontwikkelen voor woningen die duurzamer zijn en minimaal 50 jaar, maar meestal ruim 100 jaar staan.” HAAL STROPERIGHEID UIT PROCEDURES Een derde punt waardoor Pieter verwacht dat de nieuwbouwambitie tot 2030 te realiseren zal zijn, is het coalitieakkoord. Hij noemt het – ondanks de eerste plannen van Hugo de Jonge – zelfs vernieuwend in vergelijking met de plannen van voorgaande kabinetten. “In het verleden lag de focus heel sterk bij het binnenstedelijke. Binnenlandse Zaken kwam met veertien à vijftien stedelijke gebieden, daar moest het dan maar gebeuren. Het huidige coalitieakkoord waar minister Hugo de Jonge uitvoering aan heeft te geven, voorziet natuurlijk in de optie binnenstedelijk, maar ook heel nadrukkelijk in de optie buitenstedelijk. De helft van de miljoen woningen gaan we binnenstedelijk en binnen de bebouwde @Vindt u dat de wethouders in uw gemeente voldoende hun stem laten horen bij de provincie om grondposities voor nieuwbouw buiten de bebouwde kom af te dwingen? Laat het de redactie weten. 12 BOUWBELANG | NUMMER 2 - 2022 “Zorg in de grote steden voor een goede gedifferentieerde mix qua prijsklasse en qua koop en huur”

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=